Posts tonen met het label groeipijnen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label groeipijnen. Alle posts tonen

maandag 7 maart 2016

Shiny, happy .... och vergeet het ook maar

Ik vind haar diep weggekropen in het zwart van de morgen. Met gesloten ogen en een vastberaden trek om haar mond, doet ze er alles aan om me niet te horen.
Ik paai en pleit en lok haar met warme woorden de trap af. Ik strooi met de belofte van fruit en veel vrolijkheid.
Ze beukt met haar voetzolen op de trap. Ze slijpt haar messen. Haar donkere ogen bliksemen zwart en in de zetel krult ze zich weer in het bolletje dat ze onder haar dekens was.
Ik goochel met grapjes en lieve woorden, maar haar antwoorden flitsen als scherpe klauwen over mijn vel.
De pyjama hangt half over de salontafel en met wat plooien en duwen krijg ik toch wat kleren rond haar heen. Ik mik haar op haar stoel, maar het hoofd gaat neer, vlak naast het kommetje vers gesneden fruit. Ik weet wanneer ik verloren heb.

De dochter
met ochtendhumeur
op maandagmorgen…

… een som die nooit kan kloppen.

donderdag 19 november 2015

Het zit in de kleine dingen #boostyourpositivity

#Boostyourpositivity-gewijs bleef het hier stil. Simpelweg omdat ik niet zoveel met de thema's kon. Ik heb het gevoel dat ik niet zoveel wijsheden kan delen. Meestal loop ik knal tegen het leven aan en zie wel waar de bots mij brengt. Ik leer uit de spreekwoordelijke blauwe plekken en gelukkige toevalligheden.
Kwam je naar hier voor lijstjes en trucs? Daar linksboven is een back-button. Klik er even op, want hier zul je ze niet lezen.

Quality-time met de kroost. Ook dat vind ik een moeilijke om over te schrijven. Want we blijven met de regelmaat van de klok botsen. Meer dan me lief is, maar met wat hulp van buitenaf slagen we er steeds beter in de handleiding te ontcijferen.

Pick your battles indachtig lieten we bijvoorbeeld het voorlezen voor het slapengaan stil van het toneel verdwijnen. Met heel veel pijn in het hart van mijn kant, maar sinds het afscheid van de behapbare prentenboeken in de boekenkast en de introductie van lange verhalen, kwam ook de discussie. Vaak duurde het beslissen hoeveel blaadjes er werden voorgelezen langer dan het eigenlijke voorlezen zelf. En liet ik de toehoorders in plaats van dromerig vaker mokkend onder de dekens achter. Want het verhaal was nog niet gedaan.

De andere klassieker knutselen doe ik nog altijd niet graag. Maar gelukkig is mijn kroost op de leeftijd dat een schaar (meestal) gewoon voor knipactiviteiten gebruikt wordt (occasioneel een lok haar) en dat ik er zodoende niet meer met mijn neus boven moet zitten.

Kortom, ik heb jammer genoeg geen lijstje activiteiten in mijn broekzak die altijd werken. Een middag speeltuin kan zowel zalig zijn als een tergend lange middag voor beide partijen. Het is maar hoe de wind waait.  Fietsen of wandelen kan zowel heerlijk of slopend zijn.

Maar - en nu komt het #boostyourpositivity gedeelte - elke dag slaagt mijn kroost er steevast in om mijn hart te laten gloeien.

bewijs #1:
De jongste is nog één warboel haar en dekens als ik het licht aanknip. Gelaten kijk ik hoe ze van onder de dekens kruipt en zich aan haar bureautje nestelt met papier en wasco's.
Ze is mijn vraag al voor met haar 'ik kom zo.' En alhoewel haar interpretatie van 'zo' rekbaarder bleek dan de mijne, zitten we uiteindelijk allemaal aangekleed en samen aan het ontbijt.
Later op de trein, stoot ik op een gevouwen briefje, als ik mijn e-reader uit mijn tas wil vissen. Een blad vol vrolijke wolkjes, vogels en vlinders. 'Voor mama, xxx'

bewijs #2:
Ik wil net de deur sluiten als de oudste met veel geraas en gebrul door de gang naar me loopt. Eerlijk? Er flitste een 'Wat nu nog. Ik ben al te laat' door mijn hoofd'.
'Wat is er vriend?', vraag ik, mijn voeten al half op de trappers.
'Ik wou nog een extra dikke knuffel geven', zegt ie met open armen.

Deze blogpost kadert in het #boostyourpositivity project. lees er meer over bij Lilith en Oon

dinsdag 10 december 2013

Met wat ik weet is het klein. Met wat hij weet is het groot.

Proefjes, stond op de brief van het school. Het klinkt zo onschuldig en bijna lieflijk. Maar de taal bewees nog eens hoe verbloemend ze kan zijn.
Deze morgen dwaalde de oudste al heel vroeg door de gang, zijn wangen gloeiden rood op en zelfs tegen ons aangeplakt bleven zijn handen fladderen. De hele morgen draalde hij op de achtergrond. Zijn lippen waren wit en zijn boterhammen smaakten hem niet. Ik pakte hem op en voor het eerst sinds lang worstelde hij niet om los te komen, maar legde zijn hoofd in dat plekje in mijn hals dat gemaakt lijkt te zijn voor een kinderhoofdje.
Hier mama, wees hij op zijn borst. Hier klopt het zo hard.
Ik wreef hem zacht over zijn rug en luisterde hoe hij sommen prevelde. *tweemaalvijfistien*driemaaltweeiszes*achtgedeelddoortweeisvier*
Wat kan je als moeder meer doen dan een zoen en proberen wat moed onder hun vel te steken? (Dat en een extra groot glas melk en wat vitaminen in een lepeltje.)
Hoeveel keer nog zal mijn hart in duizend brokjes breken als ik zie hoe hard hij zijn best doet om te groeien?

woensdag 16 oktober 2013

's Morgens is onredelijkheid al eens mijn tweede naam

Zeker wanneer de morgen begon om 01.00 u. Omdat er zich monsters in een kamer verschuilden. Onzichtbaar voor het ouderlijk oog, dat wel dan weer. Er moest geschuild worden onder het ouderlijke dekbed. Tot dat dekbed te warm werd en van het kinderlijf afgestampt werd. Dat er twee ouders lagen te koukleumen doet er niet toe, er zaten namelijk monsters op de kamer.
Mijn god, wat kan een nacht lang duren als je niet mag slapen.

Dan kan 's morgens mijn tweede naam al eens onredelijkheid zijn. Wanneer de monsters van die nacht plots in de zetel blijken te hangen. Incapabel om hun kleren aan te doen. Wel capabel genoeg om elkaar op het hoofd te timmeren met de afstandsbediening van de televisie die niet aan mag. Dan word ik zelf verbannen naar de keukentafel en krijg ik het verbod om mijn mond nog te openen. Omdat ik iemand die zich niet wil aankleden gewoon in onderbroek en onderhemd naar school zou sturen. Of mopper dat ik de laatste mandarijn mee wil naar mijn werk, in plaats van een melige appel.
Ik vang een blik met waarschuwende wenkbrauwen en word verzocht mij naar mijn auto en zo naar het werk te begeven.
Dus kijk ik nog steeds zo zwart als de koffie die me moet troosten (en wakker houden)
En heb ik een aai over mijn bol nodig, omdat een dutje doen bovenop mijn klavier jammer genoeg geen optie is.

vrijdag 30 augustus 2013

Boekenwurm

Soms vergeet ik dat er ooit een tijd was dat ik niet van boeken hield. In de tijd dat ik 'Jan-Pet-Pop-Vis' kreeg voorgeschoteld met de bijbehorende boekjes wist ik wel wat beter te doen met mijn tijd dan letters tot woorden kneden en die met een monotoon stemmetje opdreunen.

Soms vergeet ik dat ik niet met een boek in mijn handen geboren ben.
Dat lezen één iets is dat je moet leren, maar dat je houden van lezen ook moet leren.

Om het kort te stellen.
Het geschreven woord boeit KleineVent maar matig. Toch zeker als er geen voorlezer aan de pas komt. Zo matig dat de juf ons waarschuwde voor twee maanden vakantie zonder oefenen. Maar ik had het moeten weten. Geen sticker, stempel of wapperende wimpel is opgewassen tegen het koppige hoofd van mijn zoon.  Het kwartiertje lezen werd vaak tot in het laatste staartje van de dag geduwd. En toen de zoon een beetje groen begon te kijken op het moment dat er nog maar gewezen werd op een boek, lieten we de leeskalender voor wat het was. Dan maar even op AVI-niet voldoende.

Tot ik in de boekhandel een boek zal liggen dat me echt iets voor een zevenjarige jongen leek. Verpakt in papier en strik legde ik het op zijn kussen.
Later die dag was KleineVent plots spoorloos. Een half uur later trof ik hem aan in het kussenfort achter zijn bed met zijn neus tussen de pagina's en zijn vingers op de letters.

'Mama, dit is echt een cool boek.'

Mijn hart maakte een klein vreugdedansje.
Klein maar hoopvol.

dinsdag 30 april 2013

Wat echt helpt

Op enkele vaste momenten per dag lijkt hij maar één ding te willen: het bloed vanonder mijn nagels.
Het kost veel vastberadenheid van beide kanten.
Van mij kant om te willen dat hij zijn kleren aandoet.
Van zijn kant om dat zo lang mogelijk uit te stellen.
Van mij om te willen dat hij zijn bed op zoekt en zijn ogen sluit.
Van zijn kant om te vinden dat dat ook best beneden kan op de zetel.

De helft van de keren vraagt hij meer geduld dan ik tot mijn beschikking heb. En dat Lief dat dan 'rustig' in mijn oor fluistert, helpt niet altijd.
We botsen nog altijd. Mijn vader beweert dat het niets persoonlijk is. Dat bij het pakket 'zes jaar' hoort en hangt er voor de lol een anekdote aan vast hoe gruwelijk onuitstaanbaar ik was op die leeftijd.  Ik vermoed eerder dat het een all-in is bij het pakket 'KleineVent' en zoek mijn heil bij de gedachte dat het later een schone deugd is om op te komen voor je gedacht.

Ik tel veel tot tien de laatste weken. Stil en tussen mijn tanden. Het haalt er voor ons beiden de scherpe randen van af. Ik ben soms onverklaarbaar doof als hij woorden in mijn richting slingert die ik echt niet wil horen.
Maar wat echt helpt?
Nog eens in die ogen kijken.
Relativeringsvermogen voor tien krijg ik ervan.

vrijdag 14 december 2012

Klein

In het krieken van de morgen kruipt er elke dag opnieuw een klein ventjeslijf tegen mij aan. Als het nog donker is en stil, moeten wij altijd even aan elkaar plakken. Zonder zussen, klokken en schoolbellen die in acht genomen moeten worden. Half slaperig rolt er altijd uit wat er in dat hoofdje omgaat.

'Ik wil niet meer naar de omnisport.'
'Hoezo?', mompelde ik slaperig in zijn nek.'
'Niemand wil mij in zijn groep omdat ik niet sterk ben.'
Ik voelde mijn hart verkruimelen onder zijn woorden. KleineVent heet hier niet zo omdat die naam gewoon is blijven plakken. Hij is nog altijd een kleine vent. De kleinste en lichtste van zijn klas. Ik geef mijn kieskeurige genen en zijn eetlust van een musje (deels) de schuld.
Ik wou hem nog dichter tegen me trekken en onder mijn vel verstoppen waar er geen woorden zijn die zijn hart kunnen raken.
In plaats kriebelde ik zijn buik.
'Weet je, dan zorgen we ervoor dat jij sterk wordt.'

Hoe we dat gaan doen, dat weet ik nog niet. Korstjes opeten en een stukje banaan proeven zorgen er alvast voor dat je mama verslaat met een potje armworstelen.



maandag 21 mei 2012

Botsen

Overdag kunnen we nogal eens botsen KleineVent en ik.
Dat de trampoline buiten staat, bijvoorbeeld. Terwijl hij - wanneer er niet buiten gespeeld wordt - in onze zetel een perfecte dubbelganger voor het springtuig gevonden heeft. Of over tekenen. Dat dat op een blad kan of karton of stof. Terwijl hij zijn kunsten liever botviert op de witgepleisterde muren.

Als we botsen dan botsen we hard. Dan moet ik me uitrekken om boven hem uit te torenen. Dan moet ik mijn olifantenvel aantrekken en me wapenen tegen woorden die hij nooit of te nimmer van mij kan geleerd hebben. Dan hoor ik hoe ver onze beider volumeknop wel reikt. Soms blijft het bij één botsing per dag. Andere dagen gooi ik onszelf de tuin in of de fiets op om wat frisse lucht tussen ons alletwee te laten waaien.
Maar 's avonds lassen we een pauze in. Dan is hij te klein om zelf de trap op te stappen. Dan klautert hij in mijn armen en blijkt zijn hoofd nog wonderwel in de holte tussen mijn hals en schouder te passen. Dan klemmen kleine armen me vast zodat hij nog 100 zoenen kan planten voor de nacht.
En altijd, na een dag waar ik de blauwe plekken van de dag nog voel schrijnen op mijn hart, kan ik het niet laten. Dan sluip ik zijn kamer binnen en fluister zacht in zijn oor: Slaapwel, mijn kleine dondersteen.
Iets met toch het laatste woord te willen hebben, denk ik.

dinsdag 26 april 2011

Nee

Lieve dochter,

Grassprietje staan soms wel eens teveel naar links. Dat is nu eenmaal zo in een grastapijt vol groene steeltjes.
Blaasbellen spatten wel eens voor je neus uiteen. Die dingen kunnen niet wachten tot jij zin hebt om ze te doorprikken.
Een fietsje weet niet dat het *sjo* moet staan en niet *sjo*. Zelfs ik weet niet wat *sjo* is.
Wegwerpluiers moeten regelmatig verschoond worden. Het heeft geen nut om je aan die dingen te hechten.


Maar in elk geval, dankje voor de preview op jouw pubertijd. Nu heb ik een decennium om me voor te bereiden op het echte werk. Al hoop ik dat je het theatraal neerzijgen en stampen met armen en benen middenin de winkelstraat tegen die tijd verleerd bent. Voor je eigen goed.