vrijdag 16 september 2016

overtuigd

De deur van de trein schoof met het gekende signaal open. Een typische vrijdagrij stond op een kluitje voor de deur. Een bende toeristen met zonnehoedjes en altijd die ene tas teveel waar geen handen meer voor over zijn. Studenten die geen graten zien in een hoofdtelefoon en hun geliefde muziek uit de draagbare box in hun rugzak laten schallen. Pendelaars van alle slag met krant onder hun arm of blik op hun smartphone.
Wanneer ik al eerste van de trein wil stappen opent de groep zich zoals de zee ooit voor Mozes deed.
Zij liep voorbij op het perron. Gehaast, maar met haar neus tussen de bladeren van een vuistdikke 'Het smelt'. Ze laveerde feilloos tegen de stroom op. Ontweek alle pendelaars die zich richting roltrap haastten en boog om de groepjes tieners die bleven kletsen op het perron.
Ei zo na knalde ze tegen een paal, maar ook die hindernis nam ze zonder verpinken.
Exact op dat moment overtuigde ze me om Lize Spit nog een kans te geven. 

dinsdag 13 september 2016

Hoe ik Roald Dahl leerde kennen

"Boeken in de bank en oren open!", brulde meester Frank van het vierde leerjaar steevast op vrijdagmiddag. Op geen enkel ander moment in de week werkten onze oren beter dan bij de aankondiging van het voorleesuur. 
Meester Frank zwoor bij Roald Dah:  Mathilda, de GVR, sjakie en de chocoladefabriek,... samen vulden de boeken een vensterbank waar we een jaar zoet mee waren. 

Meester Frank las niet voor. Hij fluisterde, brulde, piepte en gilde waar nodig. Hij wervelde door de klas met grote gebaren en grappige gezichten. Ongemerkt lijmde zijn stem je vast op je stoel en joeg hij jouw verbeelding het klaslokaal uit, de wereld van Oompa Loompas en vreselijke heksen in. 
Veel herinneringen van de lagere school lopen als waterverf door elkaar. Maar na drie zinnen 'GVR' zit ik weer op het bankje links vooraan in de klas waar de stem van meester Frank en bovenal de woorden van Roald Dahl door de klas wervelen. 

Vandaag is Roald Dahl Day. De beste man zou 100 geworden zijn.

donderdag 1 september 2016

Akkoordje met het universum

In mijn hoofd hangt de herinnering van een afspraak die ik maakte met het universum:
Eénmaal een bepaalde (minder aangename) fase in een kinderleven doorworsteld werd, was hij voorbij.

Ik herinner me nog levendig hoe ik mijn mondeling akkoord gaf. Het was drie uur 's nachts. Ik liep rond met een snikkende peuter op mijn arm die haar bedje bekeek alsof het een leeuwenkuil vol hongerige beesten was. Mijn arm was lam, mijn voeten bevroren en ik wroette koortsachtig naar het laatste restje kalmte in mijn lijf. Om toch maar te blijven troosten, wiegen en sussen en niet - ik zeg maar iets - de peuter in kwestie op een van de tweedehandssites aan te bieden voor 10 euro.

Daar en toen bezwoer ik mezelf: als deze fase voorbij is, hoef je dit nooit meer te doen. En ik dwong het universum tot een akkoordje. Slaaptekort en bevroren voeten doen zoiets met een mens.

Zes jaar lang leefde ik in de waan dat het universum effectief gehoor gaf aan deze afspraak. Tot het kind - die ondertussen opgegroeid is tot vrolijke zevenjarige - plots weer 's nachts al huilend wakker schoot en al gauw elke avond in tranen uitbarstte zodra ze haar bed zag.
Ik geef eerlijk toe. Een zevenjarige, dat geeft je al wat meer onderhandelingsmarges dan een peuter. Ze kan al eens uitleggen wat er schort en oor hebben voor de veertien redenen waarom het niet oké is om rond 22 u. terug op de zetel beneden te willen zitten.

Maar de laatste maanden raakte de pot kalmte en troostende woorden leger en leger. Avond na avond moest ik dieper graven naar woorden om haar te troosten. De laatste weken waren ze op.
Ik had me dus schrap gezet. 1 september, enzo. Ik verwachtte me aan een trillende lip, maar ze trok bij bedtijd blij gezind naar boven. Vol verhalen over school en weerzien met de vriendinnetjes dartelden samen met ons de treden op.
Tot ik het nachtlichtje aanknipte, de deur op een kiertje trok en het begin van een urenlange huilbui tussen de deur mee de gang in glipte.

Het kan zijn dat ik een potje meegehuild heb op de trap
Omdat ik mezelf zetel en een boek beloofd had in het staartje van de avond. En mijn voorraad sussen en troosten op was.
Het kan.