vrijdag 11 april 2003

Terreur
Het begint rond drie uur 's nachts. Acht kleine pootjes die stil over het parket sluipen. Heel voorzichtig tot aan de rand van het bed. Dan opeens piepen twee kattenkopjes boven de rand uit. Stil, zwiepende staarten en grote blinkende ogen. Langzaam klimmen ze op het bed, goed uitkijkend dat ze hun pootjes niet planten op benen of armen. Ze gaan in positie staan, hun staarten trillen van de voorpret. En dan .... totaal onverwacht … vallen ze aan.
Hobbes vliegt in volle vaart op Bjorns arm terwijl Wiebe op dat moment met dodelijke precisie naar mijn tenen duikt die vanonder het dekbed piepen. Ik schrik van de kleine nageltjes die opeens in mijn grote teen dringen en schop de aanvaller weg. Bjorn duwt zijn aanvaller ruw weg en verschanst zich onder de deken.
De twee trekken zich terug onder het bed en plannen een nieuwe aanval. Hobbes scherpt haar klauwen en test de degelijkheid van de rieten mand naast het bed. Het lawaai doet Bjorn vanuit zijn schuilplaats komen. Hij kijkt geƫrgerd op en daar staat plots een spinnende Wiebe voor zijn neus. MIAAAUWWW. Eten daar is het deze poezen om te doen. Maar zo snel laat Bjorn zich niet verslaan. Met een poes onder elke arm beent hij de kamer uit, zet ze in de gang en sluit de deur van de kamer stevig af.
Even rust, tot de slaapkamerdeur de nieuwe krabpaal wordt. Schraap, schraap, schraap. We kijken elkaar aan en duiken onder de dekens. Schraap, schraap, ... klinkt het nog steeds gedempt. En dan met een diepe zucht hijst Bjorn zich opnieuw uit bed en dondert de trappen af. Twee spinnende poezen in zijn kielzog. Ik hoor de brokjes rammelen in hun kommetje. Bjorn ploft opnieuw in bed en dan niets .... zalige stilte. Slapen.

's Morgens als ik moe en onuitgeslapen naar mijn werk vertrek kijken Hobbes en Wiebe me tevreden aan vanuit de zetel. Ze gapen en rollen zich in een bolletje. Alsof ze willen zeggen. "Slaapwel, wij zullen genieten van onze verdiende dagrust."

Geen opmerkingen: