Ik ga op reis en ...
Het vorige postje doet me denken en doet me verlangen. Ik krijg heimwee. Heimwee naar een bed vol met shorts, rokjes, lange losse broeken, T-shirts, zonnecréme, zonnebril, boeken, lenzenspul, ... . Ik krijg heimwee om alles in de koffer of rugzak te mikken. Tent in de tuin opzetten om te kijken of niets ontbreekt. De luchtmatrassen nog eens opblazen om te verzekeren dat ze niet lek zijn. Om een briefje te schrijven voor de poezen- en plantensitters. Om de deur achter me dicht te zwaaien en te verdwijnen. Weg! Weg uit de straat, weg uit de stad! Wegwegweg.
Nog even en dan zijn we een heel klein beetje weg. *zucht*
maandag 26 mei 2003
Toch een beetje vakantie
"Wat denk je?"
"Mmm, het programma is niet mis, waarom niet."
"Dus we gaan?"
"We gaan."
Het is geen Frankrijk, Italië of Rhodos. Maar deze zomer gaan we toch een heel heel klein beetje op reis. En wel naar hier.
"Wat denk je?"
"Mmm, het programma is niet mis, waarom niet."
"Dus we gaan?"
"We gaan."
Het is geen Frankrijk, Italië of Rhodos. Maar deze zomer gaan we toch een heel heel klein beetje op reis. En wel naar hier.
zaterdag 24 mei 2003
Weg
Er gaapt een groot gat in de rij huizen. Het lijkt op de glimlach van mijn neefje van zeven. Een nette rij tanden, waaruit de voorste ontbreekt. Terwijl ik er langs rijd probeer ik me te herinneren wat er vroeger stond. Het komt niet. De bloemenwinkel? Neen, die staat twee huizen verder. De stoffenwinkel? Neen, die ligt ernaast. Ik fiets verder. In gedachten loop ik de straat nog eens langs. Neen, alles staat er nog. Er is niets weg. Hoe komt dat gat daar dan?
"Heb je gezien dat ze het kleine boerderijtje gesloopt hebben", zegt manlief als hij binnenwandelt. Boerderijtje, boerderijtje? Ik kan me helemaal geen boerderijtje herinneren. Ik pijnig mijn hersenen. Niets.
"Ik wist helemaal niet dat er daar een boerderijtje stond", zeg ik.
"Maak je geen zorgen, nu is het weg", lacht manlief.
Er gaapt een groot gat in de rij huizen. Het lijkt op de glimlach van mijn neefje van zeven. Een nette rij tanden, waaruit de voorste ontbreekt. Terwijl ik er langs rijd probeer ik me te herinneren wat er vroeger stond. Het komt niet. De bloemenwinkel? Neen, die staat twee huizen verder. De stoffenwinkel? Neen, die ligt ernaast. Ik fiets verder. In gedachten loop ik de straat nog eens langs. Neen, alles staat er nog. Er is niets weg. Hoe komt dat gat daar dan?
"Heb je gezien dat ze het kleine boerderijtje gesloopt hebben", zegt manlief als hij binnenwandelt. Boerderijtje, boerderijtje? Ik kan me helemaal geen boerderijtje herinneren. Ik pijnig mijn hersenen. Niets.
"Ik wist helemaal niet dat er daar een boerderijtje stond", zeg ik.
"Maak je geen zorgen, nu is het weg", lacht manlief.
Abonneren op:
Posts (Atom)