maandag 15 september 2003

Je weet maar nooit
"Ik heb de papieren van de auto in orde gebracht en heb er voor de zekerheid maar drie aanrijdingsformulieren bij gestoken. Je weet maar nooit."

Grmbl!
Post
Vroeger stopte ik mijn arm in onze brievenbus om er de post uit te pulken. Ik had het geduld niet voor de vereiste routine. Eerst naar binnen lopen, sleutel te zoeken, terug buiten, deurtje brievenbus open en post er uit. Want misschien, heel misschien was er wel post voor mij. Leuke post. Een pennevriendenbrief, een kaartje of één van de tijdschriften die ik toen las.

Met een eigen huis komt een eigen brievenbus. Dat betekent veel post voor mij en jammer genoeg ook veel rekeningen.
Nu heeft het ritueel zich verplaatst naar mijn virtuele postbus. Nu wil ik daar hopen mailtjes. Geen spam of andere onzin, maar een leuk berichtje. En telkens ik mijn mailbox check prevel ik stil: "Leuke post, leuke post, leuke post."
Metamorfose
De man in zijn nette pak viel op. De scherpe vouw in zijn broek. Zijn felgekleurde stropdas en een zonnebril in zijn achterovergekamde haar. Hij paste niet in deze supermarkt. Hij paste niet bij de zuivelafdeling tussen de kaas en eieren. Met het mandje aan zijn arm zag hij er lachwekkend uit. Een karikatuur van zijn eigen zelf. Een vette knipoog naar alle maatpakken en stropdassen.

Ik kreeg een vaag gevoel van herkenning terwijl ik hem bekeek. Iets aan deze man kwam me bekend voor. Terwijl hij een pakje kaas in zijn mandje deponeerde zag ik een bekende flikkering in zijn ogen. Herinneringen borrelden terug op. Mijn studententijd. Mijn vroegere klasgroep. En de rebel van dienst: J.

De man in zijn nette pak en flitsende zonnebril was J. J. waar ik kilometers mee door Gent heb geslenterd. J. die vergroeid leek met zijn verschoten jeans en afgewassen T-shirt. J. die zwoor bij het vrije leven. Die de wijde wereld zou intrekken, alles achter zich zou laten. Die J. stond daar voor me in zijn zwarte grote mensenpak.
Mensen veranderen snel als je even niet kijkt.