donderdag 19 februari 2004

Ik zou nu wel ...
- tegen de wind willen aanleunen
- willen lezen tot ik hoofdpijn krijg
- een kussengevecht beginnen
- de poezen bestuderen terwijl ze jagen op wervelende blaadjes
- willen zwemmen tot ik pijn in mijn armen en benen heb

.... maar in plaats daarvan moet ik een grote berg in kleine flintertjes uiteentrekken, die netjes in woorden ordenen om dan later kruisjes te kunnen zetten bij de flintertjes waar we ons geen zorgen meer moeten over maken.
Inspiratie
Het zit vast. Muurvast. Er is al een paar dagen geen beweging in te krijgen, hoe ik ook aan het raderwerk zit te wrikken. "Kom dan. Toe dan. Zet je in beweging. Alsjeblieft?", prevel ik. Het geheel veroert geen vin. Alle onderdelen zijn stevig in elkaar geklonken en weigeren om ook maar een beetje te veroeren.
Lief bekijkt me vanop een afstandje. Hoe ik trek, duw en smeek.
"Laat het gewoon eventjes rusten", zegt hij.
"Ik kan niet", murmel ik tussen mijn tanden door terwijl ik me opnieuw met mijn hele gewicht er tegenaan gooi.
"Volgens mij forceer je het zo." Hij trekt me in de zetel en omvat me met zijn armen.
Vanuit zijn omhelzing piep ik door zijn armen heen. "Ik wil dat het terug werkt. Dat alles weer op volle toeren draait."
Ik druk mijn handen tegen mijn slapen. "Soms is het beter om iets te laten rusten, zodat het zichzelf weer in zijn plooi kan trekken. Als je duwt of trekt, laat je alles alleen maar vaster lopen", gaat hij verder.
Ik zucht, sluit mijn ogen en hoor weer wat ze me vaak op het hart drukte. "Laat het even los, zusje. Vertrouw er op dat sommige dingen zichzelf oplossen."

woensdag 18 februari 2004

Oma
"Tja, ik wil best wel met haar op reis gaan", bedenkt ze. "Maar niet in april, want dan ga ik al naar Zwitserland. En augustus, oktober en eind november ben ik ook al weg." Ze fronst even. "Polen, Iran en nog iets."
"Waar zouden jullie naar toe gaan", vraag ik terwijl ik een lepel soep opslurp. "Als je tenmiste nog de tijd kan vinden."
"Ze wil naar Tenerife." Mijn oma steekt haar tong uit en knijpt haar ogen samen. "Tenerife. Wat moet ik daar gaan zoeken? Dat is voor oude mensen die aan het zwembad willen liggen." Ze prikt in haar salade. "Of jonge mensen die willen feesten. Niets voor mij."
"Neen, mijn oma trekt naar Cuba", lach ik.
Ze zucht even. "Ja, dat was een mooie reis. Veel rondtrekken, veel bekijken." Haar ogen lichten op.
"Of naar Iran", vul ik aan.
"Neen, Iran is pas in november."
"Juist ja. Met wie ga je daar ook al weer heen?"
"Alleen. Ik trek mijn plan wel."
Ze prikt nog een blaadje sla op haar vork. Haar ogen twinkelen ondeugend. "Of niet soms."
Ik laat met mijn lepel de groentjes in mijn soep opwolken en kijk haar aan. Ze is juist 71 geworden.