Interview
Ik had een vijftal vragen voor hem. Over het hoe, het wat, het waarom en wanneer. Ze zaten netjes in mijn schoudertas. Geklemd tussen een notablok en voorzien van een balpen.
De eerste vraag was niet voor publicatie vatbaar, maar ik startte er toch mee. Zijn ogen lichtten even op. Zachtjes zuchtend stak hij van wal. Ik luisterde geduldig en liet mijn andere vragen nog even in mijn tas zitten. Die konden wel even wachten. Die ene vraag, "Hoe is het?", was belangrijker.
donderdag 8 april 2004
woensdag 7 april 2004
Kattig
"Hop hop! Het is mooi weer. Ga maar naar buiten."
"Mooi niet." Hobbes verschanst zich onder de keukentafel.
Ik buk me en probeer haar te grijpen.
"Wil je dat wel even laten. Ik ga niet naar buiten. Te koud. Te nat". Ze duikt in een klein bolletje ineen, de puntjes van haar klauwen piepen uit de anders zo zachte poezepootjes.
Mijn vingers kroelen door haar pels. Met haar kopje scheef kijkt ze me wantrouwend aan.
"Kom dan!", paai ik.
"Wil je dat wel even laten!"
Hobbes holt van onder de tafel naar het raam, waar ik haar in een hoekje drijf. Ik til haar op en open het schuifraam.
"Neen is neen!"
Ze kronkelt in mijn arm en haalt uit naar mijn gezicht. Ik voel een scherpe pijn onder mijn oog en laat haar vallen.
"Duidelijk? Ik ga niet naar buiten". Met een dikke staart en hissig geblaas onderstreept ze haar statement en racet de kamer uit.
Uit een van de drie striemen op mijn wang, glijdt een drupje bloed zich een weg richting kin.
"Hop hop! Het is mooi weer. Ga maar naar buiten."
"Mooi niet." Hobbes verschanst zich onder de keukentafel.
Ik buk me en probeer haar te grijpen.
"Wil je dat wel even laten. Ik ga niet naar buiten. Te koud. Te nat". Ze duikt in een klein bolletje ineen, de puntjes van haar klauwen piepen uit de anders zo zachte poezepootjes.
Mijn vingers kroelen door haar pels. Met haar kopje scheef kijkt ze me wantrouwend aan.
"Kom dan!", paai ik.
"Wil je dat wel even laten!"
Hobbes holt van onder de tafel naar het raam, waar ik haar in een hoekje drijf. Ik til haar op en open het schuifraam.
"Neen is neen!"
Ze kronkelt in mijn arm en haalt uit naar mijn gezicht. Ik voel een scherpe pijn onder mijn oog en laat haar vallen.
"Duidelijk? Ik ga niet naar buiten". Met een dikke staart en hissig geblaas onderstreept ze haar statement en racet de kamer uit.
Uit een van de drie striemen op mijn wang, glijdt een drupje bloed zich een weg richting kin.
Abonneren op:
Posts (Atom)