Trillingen
Ik voelde hoe het huis bewoog, of beter hoe de grond onder ons huis bewoog. Met een zacht en diep gerommel bibberde het hele bouwsel op zijn grondvesten. Ik hoorde hoe de glazen en borden rinkelden in de kast. Hoe de kapstokken in de kleerkast heen en weer klingelden. De cijfertjes op mijn wekkerradio werden even waziger dan normaal. Het boek dat de hele nacht op het randje van het nachtkastje gewiebeld had viel met een zacht plofje op de grond, samen met mijn bril die nog tussen de pagina's geklemd zat.
"Werken in de straat", herinnerde ik mezelf. Ik trok de gordijnen open en keek hoe de graafmachines op en neer kropen tussen de bergen zand.
"En vanaf vandaag dus ook een gigantisch gat", concludeerde ik. "Een gat van twee meter vlak voor de voordeur."
Dat worden overuren voor mijn engelbewaarder, mezelf kennende.
dinsdag 20 april 2004
maandag 19 april 2004
Hermetisch
In weer of wind, zon of geen zon, altijd leken de rolluiken van het huis gesloten. Een olijfgroene gevel met donkergroene rolluiken. Hermetisch dicht. Elke dag opnieuw. Twee ramen, een deur en opnieuw twee ramen, maar geen straaltje licht wist de kamers binnen te dringen. Niet in de morgen, middag of avond.
Tot gisteren. De donkergroene luiken leken verdwenen. Er was enkel een olijfgroene gevel en vier glanzende ramen. Op een trapje een oud vrouwtje die ze nauwgezet opblonk. Zonder te spatten zeemde ze de ramen in en streepte met een haar kleine trekkertje vierkantje na vierkantje in de grote ruit schoon. Tijd voor zon en licht in huis, .... dacht ik.
Deze morgen bolde ik opnieuw voorbij het bekende uitzicht. Een olijfgroene gevel en vier donkergroene rolluiken. "Waarom die moeite?", vroeg ik me af en kort daarna "Hoe krijgt ze die ruiten ooit vuil?"
In weer of wind, zon of geen zon, altijd leken de rolluiken van het huis gesloten. Een olijfgroene gevel met donkergroene rolluiken. Hermetisch dicht. Elke dag opnieuw. Twee ramen, een deur en opnieuw twee ramen, maar geen straaltje licht wist de kamers binnen te dringen. Niet in de morgen, middag of avond.
Tot gisteren. De donkergroene luiken leken verdwenen. Er was enkel een olijfgroene gevel en vier glanzende ramen. Op een trapje een oud vrouwtje die ze nauwgezet opblonk. Zonder te spatten zeemde ze de ramen in en streepte met een haar kleine trekkertje vierkantje na vierkantje in de grote ruit schoon. Tijd voor zon en licht in huis, .... dacht ik.
Deze morgen bolde ik opnieuw voorbij het bekende uitzicht. Een olijfgroene gevel en vier donkergroene rolluiken. "Waarom die moeite?", vroeg ik me af en kort daarna "Hoe krijgt ze die ruiten ooit vuil?"
Eighties
Ze wiebelde op de maat van de muziek in een extra strakke legging. Haar opgebonden met een veelkleurige sjaal, Polsbandjes en een oversized zwart T-shirt. De fuifgangers keken haar grinnikend aan.
"Het is een 70, 80, 90-fuif, maar daarom nog geen 70, 80, 90-verkleedpartij", grapte iemand achter me.
Gelukkig waren wij deze avond in dresscode normale fuifkledij.
Ze wiebelde op de maat van de muziek in een extra strakke legging. Haar opgebonden met een veelkleurige sjaal, Polsbandjes en een oversized zwart T-shirt. De fuifgangers keken haar grinnikend aan.
"Het is een 70, 80, 90-fuif, maar daarom nog geen 70, 80, 90-verkleedpartij", grapte iemand achter me.
Gelukkig waren wij deze avond in dresscode normale fuifkledij.
Abonneren op:
Posts (Atom)