maandag 8 augustus 2005

Zo'n zondag
Het zondag. Een lekker lui-dag met de grote 'L' van lezen, languit televisie kijken, langzaam in slaap wegdommelen, lijdzaam toekijken hoe de was aan de draad opnieuw natgeregend wordt, liggend bestuderen hoe de lucht grijs, zwart en dan weer blauw kleurt, stofdeeltjes in het licht volgen.
Muziek op de achtergrond, warme sokken en mijn plek op het knalrode zitkussen.
Een lekker lui-dag met de grote 'L' van langzaam en ongemerkt uiteenspatten van geluk.

donderdag 4 augustus 2005

Kinderboerderij
Mijn familie is het land uit. Uitgezwermd naar verre en dichte hoeken op deze wereld. Wij blijven achter met een verzameling huissleutels. Poezen, papegaaien en kippen moeten gevoerderd worden. Brievenbussen geleegd. Plantjes hebben regelmatig een douche water nodig. We verdelen de taken. Jij de brievenbus, poezen en kippen bij mij thuis. Ik papegaaien, poezen en planten bij oma.
Na mijn ronde door een leeg huis dat vreemd en hol aandoet, ruis ik mijn eigen huis met katten, planten en brievenbus binnen.
'Waar bleef je zo lang?', vraagt Lief.
'Papegaaien, poezen, planten,...', som ik op.
Hij slaat zijn hand tegen zijn hoofd 'Vergeten!'

Om 22u30 sproeien we de planten, rammelen met bakjes om hongerige poezen te lokken en strooien graan in het kippenhok.
Maar hoe je eieren raapt vanonder kippen die uren geleden al op stok gingen, dat is ons nog niet duidelijk geworden.
(..)handig
Een halve tas koffie over mijn jeans.
De verkalkte kraan spuit het water alle kanten als ik de koffie wil wegdeppen: doorweekte pull.
Bij de tweede poging om koffie te drinken mors ik nog een derde.
Ik overweeg een tuimelbeker
Wanneer ik mijn mok wil wegzetten, lijkt de stoelleuning opeens veel hoger. In zijn korte zweefvlucht mist de tas op een haar na mijn collega en spat op de grond uiteen.
Voor de derde keer deze morgen dep ik koffie op en voor het eerst vandaag raap ik brokstukken bijeen.
Het is 8u30. Ik waarschuw collega's om vandaag ver uit mijn buurt te blijven. Het is zo'n dag.