dinsdag 15 november 2005

Schrijversinstinct
De zin, die is nooit ver weg. Ze fladdert onafgebroken rond mijn hoofd en zou op haar gemak een nestje in mijn haar bouwen.
Maar neerzitten voor mijn toetsenbord. Even rustig krabbelen met een pen, … . Op de één of andere manier doe ik het niet. Onder de douche, in de auto, op de fiets, in een doorwaakt uurtje als zelfs de straatlantaarns uit zijn, … . Op dat moment waaien zinnen, stukjes en teksten als een stevige herfststorm door mijn hoofd. Neem ik een pen? Krabbel ik het neer?
Neen, die zin die waggelt als het lelijke eendje helemaal achter in de rij van prioriteiten. Zelfs mijn memoblokje, waar ik anders non-stop invallen op neerkrabbel, heeft enkele rustige weken achter de rug. Slechts één notablaadje wordt achterin bewaard:

Overuren: 36,5 + 11

vrijdag 4 november 2005

Uitzieken met Rios
Twee tickets werden van magneetbord geplukt, weg vanonder de ziektebriefjes, telefoonnummers van personeeldiensten en voorschriften. Het had er een klein beetje om gespannen. Worden het twee dure stukjes papier of het inkombewijs voor een mooie avond. Met pull, sjaal en jas aan. Of even later zonder sjaal en jas open. Het gaat beter.
Met onze rug tegen raam, tegen elkaar aangeleund kijken naar mensen die op mensen wachten, mensen die aanschuiven, mensen die praten.
Na vier dagen zetel, plafond en dekbed gaat er voor Lief weer een hele wereld open.
Vanaf de tweede rang - middenloge - onze zetels in rode pluche voor deze avond toekijken hoe Gabriel Rios een feestje geeft op het podium.
After this song, we're ready to get down and dirty with you guys.
Z'n rrr ruist door de zaal. Ik nestel me dieper in mijn zetel.
Uitzieken met Rios in rode pluche. Getting down and dirty laat ik over aan de rest van de zaal.

woensdag 2 november 2005

Ziek, zieker, ziekst
Mijn lichaamstaal en woorden rijmen niet. Ik wieg zacht en slap heen en weer, in tegenstelling tot het vinnige verwijt dat ik net naar de gesloten schuifdeuren slingerde.
'Het is 12u31! 12u31!'
Ik hou mijn mond, maar het wiegen blijft. Wiegen door knikkende knieën, zweet op mijn rug, kortademigheid en een hoofd dat op ontploffen staat.
Achter de toonbank duikt een hoofd op. Enkele seconden later schuiven de deuren van de apotheek open.
Ik kijk van het voorschrift in mijn hand naar de toonbank waar een lichtje aanfloept. 'Kom maar!' roept de apotheekassistent die bij het hoofd hoort.

'Moet jij niet in bed liggen?' vraagt hij terwijl hij mijn felbegeerde doosjes antibiotica, hoestsiroop en pijnstillers opdiept.
'Het is niet voor mij. Thuis ligt er iemand in bed die nog zieker is.'

Thuis duik ik rillend onder het dekbed.
'Kruimel?' hoest Lief. 'Zou je een glaasje water kunnen brengen?'

Ziek zijn is nooit leuk, maar minder ziek zijn dan de ander...