De ochtend is van mij. Niet dat ik dat wil. Of dat ik daar voor ijver.
Het is gewoon zo. Vroege ochtend en ik, wij zijn een duo gegroeid in de tijd.
Ik ben diegene die de lichten aansteekt, de verwarming aan het werk zet en de ontbijttafel voorziet van ontbijt. Als je de eerste de deur uitmoet, een uur voor al de rest, hoort dat blijkbaar bij het takenpakket.
Mijn huisgenoten weten niet hoe kil een woonkamer kan zijn na een nacht vol vorst. Hoe ik die ene plant al enkele keren voor een te vroeg opgestaan kind aanzag. Dat is tussen de ochtend en mij.
De ochtend weet hoe ik zing onder de douche. En hoe ik snel mijn mond hou als ik een deur hoor piepen. De ochtend weet dat ik het mis om voor mijn kleerkast te staan, bedachtzaam over wat bij de dag past.
Wanneer het eerste paar kindervoeten de ondertussen warme woonkamer binnenstapt, neemt de ochtend zijn biezen. Dan is het tijd voor de rush van kleren en kousen, ontbijt en melk op, tanden gepoetst. Dan is het tijd om het Lief van onder zijn dekbed te schudden en hem met de rest van de ravage achter te laten.
Door de jaren heen heb ik het geleerd om het niet erg te vinden dat ik altijd als eerste mijn benen vanonder het warme dekbed moet zwieren. Want zo is de ochtend en de rust die hij (als is het soms maar heel kort) met zich meebrengt, van mij.
4 opmerkingen:
Ik en ondertussen een stiekeme lezer geworden, maar deze ontroert mij zo om godweetwelke reden.
<3
Een op-en-top Kruimel stukje! Wauw!
Wat kan je het toch altijd prachtig omschrijven. Ik moet hier weer wat vaker komen zeg.
Een reactie posten