Proefjes, stond op de brief van het school. Het klinkt zo onschuldig en bijna lieflijk. Maar de taal bewees nog eens hoe verbloemend ze kan zijn.
Deze morgen dwaalde de oudste al heel vroeg door de gang, zijn wangen gloeiden rood op en zelfs tegen ons aangeplakt bleven zijn handen fladderen. De hele morgen draalde hij op de achtergrond. Zijn lippen waren wit en zijn boterhammen smaakten hem niet. Ik pakte hem op en voor het eerst sinds lang worstelde hij niet om los te komen, maar legde zijn hoofd in dat plekje in mijn hals dat gemaakt lijkt te zijn voor een kinderhoofdje.
Hier mama, wees hij op zijn borst. Hier klopt het zo hard.
Ik wreef hem zacht over zijn rug en luisterde hoe hij sommen prevelde. *tweemaalvijfistien*driemaaltweeiszes*achtgedeelddoortweeisvier*
Wat kan je als moeder meer doen dan een zoen en proberen wat moed onder hun vel te steken? (Dat en een extra groot glas melk en wat vitaminen in een lepeltje.)
Hoeveel keer nog zal mijn hart in duizend brokjes breken als ik zie hoe hard hij zijn best doet om te groeien?
3 opmerkingen:
Ik dacht scheikunde ofzo? Maar nee.. heeft Kleine Vent (en mama) het overleefd?
Ik vrees nog wel een aantal keer. Het lot van een moederhart ...
Zo jong al zoveel stress. Ocharme.
Een reactie posten