zaterdag 13 oktober 2007

Leeshonger: De Weduwnaar

Het moet twee jaar geleden zijn dat ik 'Komt een vrouw bij de dokter' van Kluun las. Het moet het eerste boek zijn waar de tranen in beekjes over mijn wangen, stroomden en er zich een plasje vormde op mijn bladwijzer. 'Wat is er?', vroeg Lief toen hij om 3u 's nachts wakker werd van mijn gesnik. 'Niets', snufte ik. 'Het is het verhaal.' Lief haalde zijn vermoeide schouders op en ik las verder in het verhaal van Carmen en Stijn. Een koppel hippe Amsterdammers die leven alsof de wereld aan hun voeten ligt... tot er bij Carmen kanker vastgesteld wordt.
'Is dit nu zo'n uitzonderlijk mooi boek?', vroeg ik mezelf af terwijl ik mijn laatste tranen wegpoetste. 'Neen', vond ik zelf. Maar het boek raakte me ongenadig hard, daar waar het gemis onbeschrijfelijk was.

In de bibliotheek plukte ik deze week het vervolg 'De Weduwnaar' van de tafel. Dit boek begint daar waar het vorige stopte. Net na de dood van Carmen. Stijn probeert de draad opnieuw op te pikken, maar verliest zichzelf in het nachtleven van Amsterdam. Ik las van 6u tot 2u 's nachts. Negeerde Lief's gemurmelde protesten en draaide nog een pagina om. Het eerste hoofdstuk prikten de tranen onophoudelijk in mijn ooghoeken en ik dacht: 'Waarom doe ik mezelf dit aan, ik zou beter een no-nonsense romannetje lezen', maar ik bleef lezen. Tot de mja-laten-we-dit-een-happy-end-noemen.
'De Weduwnaar' moet je lezen als 'Komt een vrouw bij de dokter' je iets deed. Dit tweede boek raakte mij nog steeds ongenadig hard. Mijn grote gemis is er voor altijd, maar tijd vijlt langzaam maar zeker de allerscherpste randjes weg, weet ik nu weer.

donderdag 11 oktober 2007

Koffie
Of ik koffie wou? Tuurlijk.
Melk? Suiker? Allebei graag.
Terwijl hij zijn verhaal begon, goot ik de melk in mijn kop koffie. Maar in plaats van mooi als een wolkje door de koffie te wemelen, bleef de room als een drab, in een klontje samengeklit bovenaan drijven. Ik roerde mijn lepel erdoor waardoor het goedje in duizend stukjes brak en ik met een kop spikkelkoffie voor me zat. Roestbruin en het tegenovergestelde van appetijtelijk.
Mijn gesprekspartner daarentegen slurpte smakelijk van zijn roestbruine spikkelkoffie.
Ik nipte voorzichtig, maar zelfs voor de koffie mijn lippen raakte, zette ik de kop weer op het schoteltje. Er is een grens waar iedereen assertief wordt, de mijne ligt bij spikkelkoffie.

‘Zou het kunnen dat die room niet goed meer is?’, vroeg ik aarzelend.
Neen, ik drink die altijd zo…

dinsdag 9 oktober 2007

Sussen
Hij klinkt als een combinatie van Darth Vader en het gereutel van een aftandse Camino. Valse kroep is een ontsteking van de stembanden, vertelde de dokter me. Het klinkt veel angstaanjagender dan het is, voegde ze er aan toe. Ik herhaal de woorden als een mantra terwijl ik in het donker luister hoe hij schuurt en piept, maar kan mezelf in het holst van de nacht daarvan niet overtuigen.
Het liefst zou ik hem uit zijn bedje vissen en mezelf sussen met gevoel van zijn buikje dat bolt en ontspant tegen de mijne. Maar ondertussen weet ik dat je snurkende Darth Vaders beter laat slapen.