Leeshonger: De Weduwnaar
Het moet twee jaar geleden zijn dat ik 'Komt een vrouw bij de dokter' van Kluun las. Het moet het eerste boek zijn waar de tranen in beekjes over mijn wangen, stroomden en er zich een plasje vormde op mijn bladwijzer. 'Wat is er?', vroeg Lief toen hij om 3u 's nachts wakker werd van mijn gesnik. 'Niets', snufte ik. 'Het is het verhaal.' Lief haalde zijn vermoeide schouders op en ik las verder in het verhaal van Carmen en Stijn. Een koppel hippe Amsterdammers die leven alsof de wereld aan hun voeten ligt... tot er bij Carmen kanker vastgesteld wordt.
'Is dit nu zo'n uitzonderlijk mooi boek?', vroeg ik mezelf af terwijl ik mijn laatste tranen wegpoetste. 'Neen', vond ik zelf. Maar het boek raakte me ongenadig hard, daar waar het gemis onbeschrijfelijk was.
In de bibliotheek plukte ik deze week het vervolg 'De Weduwnaar' van de tafel. Dit boek begint daar waar het vorige stopte. Net na de dood van Carmen. Stijn probeert de draad opnieuw op te pikken, maar verliest zichzelf in het nachtleven van Amsterdam. Ik las van 6u tot 2u 's nachts. Negeerde Lief's gemurmelde protesten en draaide nog een pagina om. Het eerste hoofdstuk prikten de tranen onophoudelijk in mijn ooghoeken en ik dacht: 'Waarom doe ik mezelf dit aan, ik zou beter een no-nonsense romannetje lezen', maar ik bleef lezen. Tot de mja-laten-we-dit-een-happy-end-noemen.
'De Weduwnaar' moet je lezen als 'Komt een vrouw bij de dokter' je iets deed. Dit tweede boek raakte mij nog steeds ongenadig hard. Mijn grote gemis is er voor altijd, maar tijd vijlt langzaam maar zeker de allerscherpste randjes weg, weet ik nu weer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten