woensdag 30 maart 2016

de foto die ik niet maakte #10

Het aanrecht is een doolhof van gebroken eierschalen, gardes en kommetjes met een bodempje eierdooier. De restant van iets te enthousiast afgewogen bloem legt een witte laag op het zwarte keukenblad.
Zij verdeelt het cakebeslag eerlijk tussen de bakvorm en haar eigen mond.
Ik wijs. 'Er hangt iets aan je wang!'
Met een cakebesmeerde hand poetst ze het kleine chocoladevlekje open tot een 5 o'clock shadow waar Guy Van Sande voor zou tekenen.
'Beter zo?'
'Veel beter.'

woensdag 23 maart 2016

Dream without fear - love without limits


Het was vreemd wakker worden deze morgen. De nacht kan veel, maar wat gisteren gebeurde is niet weg te spoelen in de donkere uren.
Ik fiets en wandel naar mijn werk en voel een krak in de dag zitten. De wereld schuurt vandaag tegen mijn vel. We willen verder en moeten door, maar vandaag en de volgende dagen graag extra voorzichtig. We pakken de draad opnieuw op. Ogenschijnlijk een dag als een ander, maar onder onze kleren zit een laag verstomming en ongeloof.

Ik ben niet bang. Zelfs al ruiken onze achtertuinen naar bommen, ik ben niet bang.
Mijn hoofd kan het moeilijk bevatten, maar ik ben niet bang.

Ik hoop simpelweg dat we kunnen blijven vertrouwen in elkaar en van daaruit verder gaan.

Verzet begint niet met grote woorden
maar met kleine daden 

zoals storm met zacht geritsel in de tuin
of de kat die de kolder in z´n kop krijgt 

zoals brede rivieren
met een kleine bron
verscholen in het woud 

zoals een vuurzee
met dezelfde lucifer
die de sigaret aansteekt 

zoals liefde met een blik
een aanraking iets dat je opvalt in een stem 

jezelf een vraag stellen
daarmee begint verzet 

en dan die vraag aan een ander stellen.
(remco campert) 

donderdag 10 maart 2016

... in the air

Af en toe hing het al in de lucht. Als een onafgewerkte som. Als een puzzel die nog maar enkele stukjes mist. Als iets dat bijna af is.
De lucht was al eens staalblauw. Ik voelde al eens de warmte van de zon op mijn rug en realiseerde me dat ik niet meer wist hoe lang dat geleden was. Ik werd al weer eens wakker van kwetterende vogels.
Maar steeds ontbrak er iets waardoor de winter zich niet uit mijn hoofd liet schuiven.
Tot deze middag. Ik reed naar huis. De zon scheen warm op mijn rug, de lucht was staalblauw en de vogels ruzieden kwetterend in de bomen waar ik onder fietste.
Het was pas toen ik voorbij de mannen van de groendienst reed dat ik me realiseerde wat al die tijd tekort was. Hun oranje gevaarte kroop brullend over het gras en liet de hele fietsbaan achter in de geur van versgemaaid gras.
Het ontbrekende stukje. Het 'nog heel even en het is lente'-gevoel. Move over winter! 

Bijna was ik van mijn fiets gesprongen om de meneer van de groendienst een kus op zijn groene pet te geven.
Bijna...