Onbegrijpelijk
Elke dag wachten ze op me.
Ze zijn het eindpunt daar waar ik stilval tussen dons en lakens. Een stapel waar de ene wereld op de andere rust wachtend op de tijd die ik voor hen heb. Elk met hun eigen pauzeknop, in de vorm van een bladwijzer. Ik ben misschien een vreemd beestje, maar ik kan echt voor mijn boekenkast staan en gelukzalig zuchten. Het is ook niets voor niets dat die in de gang staat, vlak naast de deur. En zo het eerste is wat ik zie elke morgen nadat ik uit bed gesukkeld ben.
Dus Lief, zeg nooit meer, maar dan ook nooit meer dat 'we die hoop papier die daar staat te staan in de gang maar beter in dozen op zolder kunnen stockeren.'
Je kent me beter dan dat.
5 opmerkingen:
oeps, haar in de boter?
Dat klinkt als een oorlogsverklaring ;)
Wijnkistjes horen toch niet thuis op zolder!
Foei Lief, foei! :-)
Neen, Lief van Kruimel, zeg dat nooit meer. Nooit meer. Die van mij vindt boeken niet functioneel. Hm. En wij hebben een living vol muziek. Daar kan je tenminste naar luisteren, meent hij.
Een reactie posten