woensdag 12 oktober 2022

5 minuten spijbelen

Elke morgen buigt het stuur van mijn fiets als vanzelf naar rechts, terwijl het kantoor echt wel links ligt. 
Ik fiets evenwijdig met de horizon. Onder mijn wielen knerpt opgewaaid zand en rechts golft de altijd grijze Noordzee. 

Zoals elke morgen strek ik mijn nek, wanneer ik het afgebakende stukje strand nader.
Liggen ze er?
Eentje of twee?
Zeelucht is altijd fijn, maar de dag krijgt een extra glans als ik een donker zeehondenlijfje aan de vloedlijn spot. 

Vandaag is een dag waar ik mijn remmen toeknijp en halt hou aan het afgezette stuk strand. In de branding ligt strike-a-pose gewijs een jonge zeehond. Na even puzzelen lukt het om kop en staart uit elkaar te houden. De zeehond krult zich als een banaan en hupst even later als een vreemd vervormde springbal richting de vloedlijn. 

Met elk zeehondenhuppeltje kruipen mijn mondhoeken hoger en hoger.
Een zeehondensnoet duikt weg onder het wateroppervlak. Het zand knerpt wanneer ik wegfiets.

De beste vijf minuten spijbelen. 

vrijdag 30 september 2022

Opgeruimde woorden

 De eerste herfstbries blies ons de kelder in. De plek waar we de afgelopen jaren alles wat elders in het huis in de weg stond lieten vallen op een steeds groter wordende berg spullen. Uit het oog, uit het hart. Of zoiets. 

Want samen met de eerste herfstbries werd er stof geblazen van het plan om op de jaarlijkse rommelmarkt ons dekentje uit te gooien. En daarvoor was een stevige sorteerronde nodig: rommelmarkt - kringwinkel - containerpark - verkopen - bewaren. 

Opruimen voelt als de tijd even uitrekken en dan weer opvouwen. Duploblokken die jaren geleden dagelijks de vloer kleurden, nu als een grote brij in de plastieken bak. Barbiepoppen in twijfelachtige kledingcombinaties boven elkaar gepropt in vier schoendozen. Het kapot gespeelde Monopolyspel (nooit meer!), uitgedroogde playdoh klei (in elk potje hetzelfde onbestemde bruin) en boeken die door het boekenrek werden uitgespuwd. 

We sorteren, ruimen op en sleuren dozen en bakken naar boven voor een enkeltje kringwinkel - containerpark. Laag na laag trekken we de herinneringen van de spullen af en sorteren we wat het houden waard is. Playmobilpoppetjes, kindertekeningen en oude rapportjes. 

Ik delf de twee bananendozen op die ik al achter me aan sleep sinds mijn 18e. Dozen propvol gestouwd met schriften, notitieboeken en dagboeken. Van het knalroze exemplaar met wankele achtjarige hanenpootjes: 'lief dagboek, vandaag gingen we naar de dierentuin' tot exemplaren waar er tientallen pagina's uitgescheurd zijn, geen flauw idee meer waarom.
Duizenden woorden, neergekrabbeld. Stapels papier die grote en kleine dromen, honderden soorten verdriet en al lang vergeten anekdotes bewaren.  

Ik schuif ze in een hoekje - omringd met de bakken duplo en het loopfietsje waar ik geen afstand van wil doen - en schrijf met grote letters op de doos. Bewaren!

woensdag 23 februari 2022

Shabelleke

Een shabelleke doen. Het betekent zoveel als even stilstaan - of (nog beter) zitten  - en je gezicht naar de zon draaien. Hoe lang maakt niet uit, als je maar geniet van de warmte en de rust. 

Ik vond de uitdrukking niet uit, die eer gaat naar Margo zonder t, maar een gevoel treffend in een woord vangen, is  altijd een groot klein gelukske. 

De lente rolt zich elk jaar opnieuw langzaam uit over onze tuin. Aarzelend bijna. De eerste zonnestralen zijn altijd voor het uiterste hoekje rechts, niet toevallig daar waar de potten vol aardbeienplantjes resideren. Een klein hoekje uit de wind, onder de kale takken van de krulwilg. 

Niet toevallig het plekje waar een stoeltje staat, strategisch gestationeerd daar waar de meeste zon te vangen is en de wind de meeste bochten moet maken om je te raken. 

Zodra de lucht blauw kleurt en de zon lang genoeg om de wolken heen danst, vouw ik mezelf in het strategische hoekje. Met dikke penseelstreken schilderen de zonnestralen een warme gloed op mijn gezicht, soms slechts een jukbeen, neuspuntje of wang. 

Maar altijd zit ik te gloeien van contentement in mijn stoeltje, helemaal opgeladen.