'Waar ligt...?'
Ik hoef mijn vraag zelfs niet af te maken. Z'n vinger wijst naar de hoek van kamer. Naar een hoop verfemmers, plastiek, wasmanden vol spullen op wasmanden vol spullen. Daarrond werd een knikkerbaan gebouwd en zwerven de restanten van een in-eigen-speelkeuken-bereid-menu rond.
'Daar. Alles ligt daar', mompelt hij. Op zijn wang zit een witte veeg verf, zijn zwarte haar is grijs van het stof en hij ruikt naar verf en vernis.
Voor de zoveelste keer in een jaar tijd leven we op een hoopje. Kasten zijn de grote afwezigen deze dagen. De zitbank staat in twee gespleten bovenop zichzelf gestapeld. Het tapijt ligt als een grote rol in de weg te liggen in de gang.
In mijn hoofd spant en duwt het. Dit kan ik niet goed. Leven tussen hopen, waar zelfs de zoektocht naar de tweede kleuterlaars kan uitdraaien op een ware saga. Ik heb de dingen graag daar waar ik weet dat ze zijn.
Ik til één hoekje plastiek op en laat het weer vallen. Vroegtijdig staak ik mijn zoektocht naar gsm-oplader, moe alles naar a naar b en terug te verhuizen. Ondertussen behangt en schildert het Lief haast zijn armen van zijn lijf.
En als je maar half kijkt, zien sommige hoekjes in huis er al een beetje af uit:
Posts tonen met het label den grooten verbouwink. Alle posts tonen
Posts tonen met het label den grooten verbouwink. Alle posts tonen
vrijdag 15 maart 2013
donderdag 14 februari 2013
woensdag 14 november 2012
Den grooten verbouwink - laatste stuiptrekking part # 1
'Gaan we nu weer boven wonen?', piept KleineVent bij de aanblik van de woonkamer.
De zetel en de kasten zijn bedekt met plastiek. De televisie, tapijt en planten zijn verdwenen.
'En moet ik dan weer bij Ilke slapen?', vraagt hij verder. Er is wat paniek te horen in zijn stem.
Hij stapt door de lege ruimte, zijn voetstappen weergalmen net zoals een klein jaar geleden.
'En zullen we dan weer zo lang op mijn kamer eten?', zijn onderlip trilt een beetje.
Eén en ander is blijven hangen in dat kleine kopje. En hopelijk ziet hij het binnen twintig jaar iets waarheidsgetrouwer dan zijn moeder.
Vanavond als je thuiskomt staat alles weer op zijn plek, sus ik terwijl ik zijn rondschietende blik probeer te vangen. Dan neem je jouw kussen, jouw knuffels en dan gaan we samen hiervoor liggen.
'Gaan we nu weer boven wonen?', piept KleineVent bij de aanblik van de woonkamer.
De zetel en de kasten zijn bedekt met plastiek. De televisie, tapijt en planten zijn verdwenen.
'En moet ik dan weer bij Ilke slapen?', vraagt hij verder. Er is wat paniek te horen in zijn stem.
Hij stapt door de lege ruimte, zijn voetstappen weergalmen net zoals een klein jaar geleden.
'En zullen we dan weer zo lang op mijn kamer eten?', zijn onderlip trilt een beetje.
Eén en ander is blijven hangen in dat kleine kopje. En hopelijk ziet hij het binnen twintig jaar iets waarheidsgetrouwer dan zijn moeder.
Vanavond als je thuiskomt staat alles weer op zijn plek, sus ik terwijl ik zijn rondschietende blik probeer te vangen. Dan neem je jouw kussen, jouw knuffels en dan gaan we samen hiervoor liggen.
dinsdag 10 juli 2012
33
Ik heb mijn verjaardagen al op veel plekken gevierd. Eén van de voordelen van verjaren in de vakantie. De kans is groot dat elders bent dan thuis of op de schoolbanken.
Talloze verjaardagen op Chirokampen, in de tent aan de Franse kust, op de boot op weg naar Noorwegen. Maar ook tussen het opspattend schuim, met een heel nieuw ventje in mijn armen of op het vliegtuig.
Gisteren vierde ik mijn verjaardag tussen stof en gruis met zicht op een halve keuken. Aan een tafel omsingeld door kasten die geduldig stonden te wachten tot ze naar hun plek gesleept werden. We sprongen op de toppen van onze tenen door de benedenverdieping. Voorzichtig alle boormachines, zaagmachines en complete legers aan schroevendraaiers die nodig zijn om kasten tot een keuken om te vormen mijdend.
Gisteren opende en sloot ik enkele kastdeurtjes. Stond voor de vorm even daar waar de kookplaat komt en draaide de dampkap aan en uit. Nog een dag en de keukennachtmerrie is voorbij. Het hoofdstuk den grote verbouwink mag bijna dicht. Ondanks al het stof en gruis een mooi cadeau en in mijn hoofd bond ik er een lintje om.
(en toen gooiden we de deur dicht en trokken naar de cinema, want er zijn grenzen)
Ik heb mijn verjaardagen al op veel plekken gevierd. Eén van de voordelen van verjaren in de vakantie. De kans is groot dat elders bent dan thuis of op de schoolbanken.
Talloze verjaardagen op Chirokampen, in de tent aan de Franse kust, op de boot op weg naar Noorwegen. Maar ook tussen het opspattend schuim, met een heel nieuw ventje in mijn armen of op het vliegtuig.
Gisteren vierde ik mijn verjaardag tussen stof en gruis met zicht op een halve keuken. Aan een tafel omsingeld door kasten die geduldig stonden te wachten tot ze naar hun plek gesleept werden. We sprongen op de toppen van onze tenen door de benedenverdieping. Voorzichtig alle boormachines, zaagmachines en complete legers aan schroevendraaiers die nodig zijn om kasten tot een keuken om te vormen mijdend.
Gisteren opende en sloot ik enkele kastdeurtjes. Stond voor de vorm even daar waar de kookplaat komt en draaide de dampkap aan en uit. Nog een dag en de keukennachtmerrie is voorbij. Het hoofdstuk den grote verbouwink mag bijna dicht. Ondanks al het stof en gruis een mooi cadeau en in mijn hoofd bond ik er een lintje om.
(en toen gooiden we de deur dicht en trokken naar de cinema, want er zijn grenzen)
maandag 25 juni 2012
Comateus
Sinds februari leek die verbouwing van ons in een coma gesukkeld. Na al het afbraakwerk, alle overijverige stofwolken en eindeloze emmers afval die we buitendroegen en enkele gloriemomenten zoals het eerste dansje op de nieuwe vloer en witte muren in plaats van rode, stofferige exemplaren.
Grote schuldige: de keuken. Of beter, de afwezige keuken. Zonder keuken namelijk geen opbergplaats, waardoor ik nog dagelijks in grote verhuisdozen spit op zoek naar pakweg een krukkentrekker of taartschep. Zonder keuken ook geen afwerking, want - laat ons eerlijk zijn - die moet toch een beetje passen bij de keuken. Die er dus niet is. Zonder keuken ook geen verdere investeringen, zoals bijvoorbeeld een pelletkachel. Iets met spaarrekeningen en de wens om deze niet rood te laten kleuren.
Los van een occasionele schijnbeweging in de vorm van een elektricien die het laatste stopcontactje komt aansluiten of de timmerman die een losgeraakte plank teruf vasttimmerde, sluimerde de verbouwing verder in haar winterslaap/coma.
Tot vrijdag. Vrijdag was de dag dat ons huis volgestapeld werd met tientallen pakketten. Zaterdag en zondag deed mijn lief - met behulp van lieve vrienden - de truc met de schroevendraaier en vulde hij ons huis gestaag met kasten. Keukenkasten die helemaal nog niet in de buurt van de keuken staan. Ze troepen vrolijk samen rond het bureau en walsten over de speelruimte van de kleinsten, maar ze staan er om niet meer te vertrekken.
Nog twee weken moeten we laveren tussen een bos van deurloze keukenkasten en dan komt de professional die ze kordaat op hun plek zal zetten. Dan kunnen ook de oven en koelkast die nu in onze slaapkamer staan (don't ask) ook naar daar waar ze horen en zijn we bijna klaar om het hoofdstuk verbouwing te sluiten.
'Ik zal blij zijn als ik niets meer met dat huis te maken zal hebben', zuchtte mijn Lief gisterenavond toen hij de schroevendraaier in de gereedschapskist keilde.
Ik keek hem gefronst aan en ging er veiligheidshalve vanuit dat 'niets meer te maken met dat huis' iets impliceert in de trant van tuinzetel-pintje-muziek in de oren en rusten.
Sinds februari leek die verbouwing van ons in een coma gesukkeld. Na al het afbraakwerk, alle overijverige stofwolken en eindeloze emmers afval die we buitendroegen en enkele gloriemomenten zoals het eerste dansje op de nieuwe vloer en witte muren in plaats van rode, stofferige exemplaren.
Grote schuldige: de keuken. Of beter, de afwezige keuken. Zonder keuken namelijk geen opbergplaats, waardoor ik nog dagelijks in grote verhuisdozen spit op zoek naar pakweg een krukkentrekker of taartschep. Zonder keuken ook geen afwerking, want - laat ons eerlijk zijn - die moet toch een beetje passen bij de keuken. Die er dus niet is. Zonder keuken ook geen verdere investeringen, zoals bijvoorbeeld een pelletkachel. Iets met spaarrekeningen en de wens om deze niet rood te laten kleuren.
Los van een occasionele schijnbeweging in de vorm van een elektricien die het laatste stopcontactje komt aansluiten of de timmerman die een losgeraakte plank teruf vasttimmerde, sluimerde de verbouwing verder in haar winterslaap/coma.
Tot vrijdag. Vrijdag was de dag dat ons huis volgestapeld werd met tientallen pakketten. Zaterdag en zondag deed mijn lief - met behulp van lieve vrienden - de truc met de schroevendraaier en vulde hij ons huis gestaag met kasten. Keukenkasten die helemaal nog niet in de buurt van de keuken staan. Ze troepen vrolijk samen rond het bureau en walsten over de speelruimte van de kleinsten, maar ze staan er om niet meer te vertrekken.
Nog twee weken moeten we laveren tussen een bos van deurloze keukenkasten en dan komt de professional die ze kordaat op hun plek zal zetten. Dan kunnen ook de oven en koelkast die nu in onze slaapkamer staan (don't ask) ook naar daar waar ze horen en zijn we bijna klaar om het hoofdstuk verbouwing te sluiten.
Ik keek hem gefronst aan en ging er veiligheidshalve vanuit dat 'niets meer te maken met dat huis' iets impliceert in de trant van tuinzetel-pintje-muziek in de oren en rusten.
dinsdag 5 juni 2012
Iets met wachten
Het was half december. We lagen samen op bed (bij gebrek aan zetel) te fluisteren. Gesprekken na 19.30 moesten gefluisterd worden, want één kamer verder lagen twee kinderen te slapen. Dat hoort zo als je van kamperen in eigen huis doet tijdens de winter.
Al fluisterend fantaseerden we. Nog 8 weken en dan staat ie er. Dat waar de verbouwing in de eerste plaats mee begon: onze keuken. Want na maanden stof happen, koken op een klein kookplaatje in de kamer van de oudste en overal over vallen omdat er nergens ruimte was, droomden we van de eindmeet met de keuken als kers op de taart.
De oplettende lezers weten ondertussen wel dat ie er niet op tijd stond. Eerst was er iets met waterschade, dan met productiefouten. En toen kwam de waarheid op tafel: een groot woord dat begint met een F. Sinds gisteren wachten we niet meer op de kers. Meneer de keukenbouwer kreeg een vriendelijk bericht dat het niet meer hoeft, dat er andere keukenbouwers zijn.
En ik dacht dat ik ondertussen geleerd heb om te wachten, om geduld te hebben en te blijven aandringen.
Dat dacht ik, tot deze morgen de terrasmeneer aanbelde met de mededeling dat ze regen voorspellen en hij dus niet kon beginnen aan ons terras. Net zoals vier weken geleden en drie weken geleden. En ja, het was inderdaad jammer dat hij in die korte zomerprik echt-echt-echt niet bij ons kon werken. En neen, volgende week zal ook al niet kunnen. Hij komt dus half juni, als het niet regent tenminste. Of als ze niet voorspellen dat het zal regenen de eerste drie dagen.
Ik heb dus niet geleerd te wachten. Of mijn geduld is op. Dat kan ook. In elk geval ben ik op zo'n dagen blij dat ik redelijk wat kilometers moet rijden naar mijn werk. Dat de muziek luid kan en dat niemand er last van heeft dat je de longen even uit je lijf schreeuwt in de beslotenheid van de auto.
Voor het welzijn van mijn collega's ...
Het was half december. We lagen samen op bed (bij gebrek aan zetel) te fluisteren. Gesprekken na 19.30 moesten gefluisterd worden, want één kamer verder lagen twee kinderen te slapen. Dat hoort zo als je van kamperen in eigen huis doet tijdens de winter.
Al fluisterend fantaseerden we. Nog 8 weken en dan staat ie er. Dat waar de verbouwing in de eerste plaats mee begon: onze keuken. Want na maanden stof happen, koken op een klein kookplaatje in de kamer van de oudste en overal over vallen omdat er nergens ruimte was, droomden we van de eindmeet met de keuken als kers op de taart.
De oplettende lezers weten ondertussen wel dat ie er niet op tijd stond. Eerst was er iets met waterschade, dan met productiefouten. En toen kwam de waarheid op tafel: een groot woord dat begint met een F. Sinds gisteren wachten we niet meer op de kers. Meneer de keukenbouwer kreeg een vriendelijk bericht dat het niet meer hoeft, dat er andere keukenbouwers zijn.
En ik dacht dat ik ondertussen geleerd heb om te wachten, om geduld te hebben en te blijven aandringen.
Dat dacht ik, tot deze morgen de terrasmeneer aanbelde met de mededeling dat ze regen voorspellen en hij dus niet kon beginnen aan ons terras. Net zoals vier weken geleden en drie weken geleden. En ja, het was inderdaad jammer dat hij in die korte zomerprik echt-echt-echt niet bij ons kon werken. En neen, volgende week zal ook al niet kunnen. Hij komt dus half juni, als het niet regent tenminste. Of als ze niet voorspellen dat het zal regenen de eerste drie dagen.
Ik heb dus niet geleerd te wachten. Of mijn geduld is op. Dat kan ook. In elk geval ben ik op zo'n dagen blij dat ik redelijk wat kilometers moet rijden naar mijn werk. Dat de muziek luid kan en dat niemand er last van heeft dat je de longen even uit je lijf schreeuwt in de beslotenheid van de auto.
Voor het welzijn van mijn collega's ...
maandag 23 april 2012
Missen
Niet de kasten - curverbakken zijn ook handig.
Niet het aanrecht op normale hoogte - koken al staand op een trapje, het is iets nieuws.
Ook niet een afvoer die naar behoren werkt - al staat deze op nummer twee.
Van alles wat ik mis - in onze keuken die eigenlijk amper een keuken te noemen is - staat de oven bovenaan het lijstje. Want vijf maand zonder de geur van zelfgebakken chocoladecake of muffins, dat is lang.
Enne psssst, je kan nog tot vannacht meedoen met de Moleskine give-away
Niet de kasten - curverbakken zijn ook handig.
Niet het aanrecht op normale hoogte - koken al staand op een trapje, het is iets nieuws.
Ook niet een afvoer die naar behoren werkt - al staat deze op nummer twee.
Van alles wat ik mis - in onze keuken die eigenlijk amper een keuken te noemen is - staat de oven bovenaan het lijstje. Want vijf maand zonder de geur van zelfgebakken chocoladecake of muffins, dat is lang.
Enne psssst, je kan nog tot vannacht meedoen met de Moleskine give-away
vrijdag 30 maart 2012
En met de verbouwing?
De keuken die teveel water te slikken kreeg, is er nog niet. En eigenlijk weten we niet of ie nog komt.
En ik kan wel zeggen dat we ons uit de slag trekken met de noodkeuken die hier staat. Dat ik een bos tulpen kocht om de boel op te fleuren en geniet van mijn koffie uit een mooi, nieuw tasje. Dat het niet erg is dat er geen dampkap is, want met het mooi weer zet je makkelijk een raam open. Feit is dat we met stomheid geslagen zijn en boos. Heel boos. En dat we onze avonden vullen met rekenen en tellen en heel hard hopen dat dat dubbeltje dat op zijn kant balanceert in de goede richting naar beneden valt.
De keuken die teveel water te slikken kreeg, is er nog niet. En eigenlijk weten we niet of ie nog komt.
En ik kan wel zeggen dat we ons uit de slag trekken met de noodkeuken die hier staat. Dat ik een bos tulpen kocht om de boel op te fleuren en geniet van mijn koffie uit een mooi, nieuw tasje. Dat het niet erg is dat er geen dampkap is, want met het mooi weer zet je makkelijk een raam open. Feit is dat we met stomheid geslagen zijn en boos. Heel boos. En dat we onze avonden vullen met rekenen en tellen en heel hard hopen dat dat dubbeltje dat op zijn kant balanceert in de goede richting naar beneden valt.
donderdag 23 februari 2012
Contentement
'Contentement', denk ik. 'Dat is het.' Geen euforie, geen uitzinnigheid, maar iets dat vanuit mijn buik tot in mijn vingers, tenen en oren kruipt. Simpelweg contentement.
We hebben weer plaats. Ons kampeerdagen in eigen huis zitten erop en wij plakken niet meer opeen in twee kleine kamers. Onze zetel - vers uit de opslag - werd begroet als een oude vriend. De laptop en het oude bureautje werden weer herenigd. Er moet nog veel komen. Het is nog lang niet af. Ik kijk voor het gemak even niet naar de keuken die helemaal nog niet is wat het moet worden, naar de bouwput die ergens dit jaar nog een tuin moet worden en verlang nog wat verder naar de kachel en boekenkast die op mijn lijstje staan.
Want hier zit ik.
Aan de tafel in al het licht, met de nieuwe vloer die ik al zo lang wou (en waarvan mijn vader zei: 'als je mama dat had gezien, hing ik eraan en moest en zou er bij ons ook een nieuwe vloer komen). Met een oude kast die op een andere plek transformeert tot een wondermooi erfstuk. Ik roer melk door mijn koffie en kijk hoe de jongsten opnieuw hun ruimte nemen. In een mum van tijd palmen ze de ruimte in met auto's, kussens en imaginaire schooltjes.
Ons huis is opnieuw onze thuis.
'Contentement', denk ik. 'Dat is het.' Geen euforie, geen uitzinnigheid, maar iets dat vanuit mijn buik tot in mijn vingers, tenen en oren kruipt. Simpelweg contentement.
We hebben weer plaats. Ons kampeerdagen in eigen huis zitten erop en wij plakken niet meer opeen in twee kleine kamers. Onze zetel - vers uit de opslag - werd begroet als een oude vriend. De laptop en het oude bureautje werden weer herenigd. Er moet nog veel komen. Het is nog lang niet af. Ik kijk voor het gemak even niet naar de keuken die helemaal nog niet is wat het moet worden, naar de bouwput die ergens dit jaar nog een tuin moet worden en verlang nog wat verder naar de kachel en boekenkast die op mijn lijstje staan.
Want hier zit ik.
Aan de tafel in al het licht, met de nieuwe vloer die ik al zo lang wou (en waarvan mijn vader zei: 'als je mama dat had gezien, hing ik eraan en moest en zou er bij ons ook een nieuwe vloer komen). Met een oude kast die op een andere plek transformeert tot een wondermooi erfstuk. Ik roer melk door mijn koffie en kijk hoe de jongsten opnieuw hun ruimte nemen. In een mum van tijd palmen ze de ruimte in met auto's, kussens en imaginaire schooltjes.
Ons huis is opnieuw onze thuis.
vrijdag 17 februari 2012
Gek beestje in mijn hoofd
Al zes maanden vind ik het moeilijk te vatten. Ik weet wel dat ze onze tuin omgewoeld hebben tot iets dat niet verder te definiëren is dan een bouwwerf. Dat het in onze keuken was dat er plots een vaatwas, droogkast en diepvries broederlijk naast elkaar veel te veel in de weg stonden te staan. Ik voel nog aan mijn armspieren dat we 'wie niet weg is is gezien' gespeeld hebben met ongeveer 80% van onze huisraad. Ik voel dagelijks aan mijn tenen dat er meer meubelen in onze slaapkamer staan dan goed is.
En toch... is heel die verbouwing meer en meer buiten mij gaan staan. Alsof wij boven een verbouwing woonden van onzichtbare vreemden. De lasten daar ben ik mij bewust van. De lusten zag ik niet zo duidelijk.
En terwijl Lief in actie schiet en met meubelen op de trap gaat balanceren, giert het ongeloof door mijn lijf. En bijt ik op mijn tong om hem niet te vragen 'Bedoel je dat wij hier echt gaan wonen?'
Al zes maanden vind ik het moeilijk te vatten. Ik weet wel dat ze onze tuin omgewoeld hebben tot iets dat niet verder te definiëren is dan een bouwwerf. Dat het in onze keuken was dat er plots een vaatwas, droogkast en diepvries broederlijk naast elkaar veel te veel in de weg stonden te staan. Ik voel nog aan mijn armspieren dat we 'wie niet weg is is gezien' gespeeld hebben met ongeveer 80% van onze huisraad. Ik voel dagelijks aan mijn tenen dat er meer meubelen in onze slaapkamer staan dan goed is.
En toch... is heel die verbouwing meer en meer buiten mij gaan staan. Alsof wij boven een verbouwing woonden van onzichtbare vreemden. De lasten daar ben ik mij bewust van. De lusten zag ik niet zo duidelijk.
En terwijl Lief in actie schiet en met meubelen op de trap gaat balanceren, giert het ongeloof door mijn lijf. En bijt ik op mijn tong om hem niet te vragen 'Bedoel je dat wij hier echt gaan wonen?'
woensdag 8 februari 2012
Dat met die eindmeet
We stappen samen door de grote lege ruimte. Onze voeten pletsen in eenzelfde ritme op de nieuwe tegels. Hij wijst en ik vertel. Hier de zetel, daar de tafel. Hier jullie speelgoed. Wat? Je tafeltje om te tekenen? Waar zou je dat willen zetten? Daar aan het raam, ja dat lijkt me een goed plekje.
Eigenlijk was deze week de eindspurt. In de vorm van mannetjes die kasten opstelden, elektrische apparatuur aansloten om de kers op de taart in de vorm van de keuken te installeren.
Jammer van dat dak in die loods waar onze keuken stond. En jammer dat onze keuken net te dicht bij het gat in het dak stond en meer water moest slikken dan goed is voor een keuken.
We doen dus nog even door met onze lege ruimte. En kamperen nog wat vrolijk verder, in een iets grotere ruimte.
We stappen samen door de grote lege ruimte. Onze voeten pletsen in eenzelfde ritme op de nieuwe tegels. Hij wijst en ik vertel. Hier de zetel, daar de tafel. Hier jullie speelgoed. Wat? Je tafeltje om te tekenen? Waar zou je dat willen zetten? Daar aan het raam, ja dat lijkt me een goed plekje.
Eigenlijk was deze week de eindspurt. In de vorm van mannetjes die kasten opstelden, elektrische apparatuur aansloten om de kers op de taart in de vorm van de keuken te installeren.
Jammer van dat dak in die loods waar onze keuken stond. En jammer dat onze keuken net te dicht bij het gat in het dak stond en meer water moest slikken dan goed is voor een keuken.
We doen dus nog even door met onze lege ruimte. En kamperen nog wat vrolijk verder, in een iets grotere ruimte.
woensdag 25 januari 2012
Het gaat er luid aan toe deze week, met kloppen, gezoem van een reuze mixer, het gillende geluid van een slijpmachine en balanceerparcours daar waar we tijdelijk niet mogen lopen.
Nog enkele dagen wachten om de nieuwe grond onder onze voeten te testen.
Wie wil meefeesten kan tot en met vrijdag nog een kans wagen.
Nog enkele dagen wachten om de nieuwe grond onder onze voeten te testen.
Wie wil meefeesten kan tot en met vrijdag nog een kans wagen.
vrijdag 20 januari 2012
Kruimel geeft een feestje
Het kan me niet schelen hoe of wat, maar die vloer moet hier weg. Liever vandaag of morgen. Dat was één van de allereerste dingen die ik zei toen we net de sleutel van ons huis in handen hadden. En dat is bijna 10 jaar geleden.
De "hoe's" of "wat's" wogen uiteindelijk toch zwaarder door dan mijn dreigement. En zo ontwikkelde ik een haat-liefde verhouding met onze vloer. Zo erg dat ik tijdens elke dweilbeurt verzuchtte: "De dag dat die vloer hier verdwijnt, geef ik een feestje."
En kijk, na krap tien jaar, verdwijnt de vloer nu eindelijk. Het punt van den grooten verbouwink waar ik het allermeest naar uitkeek. En - zoals beloofd aan mezelf - geef ik een feestje, in de vorm van een rondedansje en enkele glazen cava.
Maar daar hebben jullie niets aan, toch?
Dus ook hier een klein "de-vloer-is-eindelijk-weg-feestje" met een kleine give away. Een hanger zoals hier op de foto, maar die ik speciaal op jouw maat maak.
Wat moet je doen?
Hieronder vermelden dat je wil meedoen en jouw lievelingskleur opgeven.
Het kan me niet schelen hoe of wat, maar die vloer moet hier weg. Liever vandaag of morgen. Dat was één van de allereerste dingen die ik zei toen we net de sleutel van ons huis in handen hadden. En dat is bijna 10 jaar geleden.
De "hoe's" of "wat's" wogen uiteindelijk toch zwaarder door dan mijn dreigement. En zo ontwikkelde ik een haat-liefde verhouding met onze vloer. Zo erg dat ik tijdens elke dweilbeurt verzuchtte: "De dag dat die vloer hier verdwijnt, geef ik een feestje."
En kijk, na krap tien jaar, verdwijnt de vloer nu eindelijk. Het punt van den grooten verbouwink waar ik het allermeest naar uitkeek. En - zoals beloofd aan mezelf - geef ik een feestje, in de vorm van een rondedansje en enkele glazen cava.
Maar daar hebben jullie niets aan, toch?
Dus ook hier een klein "de-vloer-is-eindelijk-weg-feestje" met een kleine give away. Een hanger zoals hier op de foto, maar die ik speciaal op jouw maat maak.
Wat moet je doen?
Hieronder vermelden dat je wil meedoen en jouw lievelingskleur opgeven.
dinsdag 17 januari 2012
Moe?!
Het voelt als dit.
Er is meer dan ooit te doen. Er is minder plaats dan ooit.
En er is ook een datum, 6 februari, binnen handbereik. Maar ik voel me net weer die watermeloen op beentjes die ik drie jaar en nog wat geleden was. Een walvis op het droge die knarsetandend glimlacht naar iedereen die zegt 'Ooh, maar het is bijna voorbij'.
Meer dan ooit denk ik dat het nooit in orde komt. Net zoals ik toen dacht 'Mannekes, waar hebben jullie het over, die baby die zal nooit geboren worden, die blijft voor eeuwig en altijd in de buurt van mijn navel kamperen.'
Het voelt als dit.
Er is meer dan ooit te doen. Er is minder plaats dan ooit.
En er is ook een datum, 6 februari, binnen handbereik. Maar ik voel me net weer die watermeloen op beentjes die ik drie jaar en nog wat geleden was. Een walvis op het droge die knarsetandend glimlacht naar iedereen die zegt 'Ooh, maar het is bijna voorbij'.
Meer dan ooit denk ik dat het nooit in orde komt. Net zoals ik toen dacht 'Mannekes, waar hebben jullie het over, die baby die zal nooit geboren worden, die blijft voor eeuwig en altijd in de buurt van mijn navel kamperen.'
dinsdag 10 januari 2012
Het betere werk
Na twee weken vakantie zit ons huis weer nokkensvol mannetjes. En in tegenstelling tot al de mannetjes die al door de deur kwamen, zie ik deze tot nu toe het liefste komen. Deze mannetjes komen zonder hoge kranen, kleine kraantjes en drilboren. Deze mannetjes brengen geen container mee in hun kielzog waarin zowat alles behalve de muren van ons huis verdween.
Ze laten de tuin niet verdwijnen in twee grote kraters of veranderen ramen in blinkende hoopjes scherven.
De mannetjes van deze fase brengen plankjes mee, die ze timmergewijs transformeren tot een heuse achtergevel. Ze brengen deuren mee. Ze schieten de laatste nagel in een afgewerkt plafond op het moment dat je met boodschappen en kinderen de gang binnenvalt. Ze tekenen plannetjes op de muren die me doen dromen. Hier een stopcontact en daar een lamp.
Ze brengen materialen binnen die hier ook zullen blijven. Ze boetseren met tegels, hout, plaaster en maken van het lege gat weer een huis. Het lege gat wordt weer huis.
Jammer genoeg maken ze wel net zoveel stof als hun voorgangers. Stof waar ze grote stappen maat 45 in achterlaten. En waar ik 's avonds, bij het kale licht van één peertje (het lichtmannetje moet nog komen), een patroon in probeer te zoeken.
Het stof laat ik vrolijk liggen. Morgen komt er nog meer bij en binnen enkele weken poets ik het allemaal in één moeite weg.
Want daar, ergens onder het stof, ligt hij.
De eindmeet.
Na twee weken vakantie zit ons huis weer nokkensvol mannetjes. En in tegenstelling tot al de mannetjes die al door de deur kwamen, zie ik deze tot nu toe het liefste komen. Deze mannetjes komen zonder hoge kranen, kleine kraantjes en drilboren. Deze mannetjes brengen geen container mee in hun kielzog waarin zowat alles behalve de muren van ons huis verdween.
Ze laten de tuin niet verdwijnen in twee grote kraters of veranderen ramen in blinkende hoopjes scherven.
De mannetjes van deze fase brengen plankjes mee, die ze timmergewijs transformeren tot een heuse achtergevel. Ze brengen deuren mee. Ze schieten de laatste nagel in een afgewerkt plafond op het moment dat je met boodschappen en kinderen de gang binnenvalt. Ze tekenen plannetjes op de muren die me doen dromen. Hier een stopcontact en daar een lamp.
Ze brengen materialen binnen die hier ook zullen blijven. Ze boetseren met tegels, hout, plaaster en maken van het lege gat weer een huis. Het lege gat wordt weer huis.
Jammer genoeg maken ze wel net zoveel stof als hun voorgangers. Stof waar ze grote stappen maat 45 in achterlaten. En waar ik 's avonds, bij het kale licht van één peertje (het lichtmannetje moet nog komen), een patroon in probeer te zoeken.
Het stof laat ik vrolijk liggen. Morgen komt er nog meer bij en binnen enkele weken poets ik het allemaal in één moeite weg.
Want daar, ergens onder het stof, ligt hij.
De eindmeet.
donderdag 22 december 2011
Net vakantie
Ik moet nog al wat afgezaagd hebben over dat met zijn allen boven wonen. Zo blijkt toch uit alle medelevende vragen 'En gaat het een beetje, dat boven wonen.' Maar als ik een andere vergelijking trek, valt het allemaal goed mee. Want opeens bedacht ik me dat dit deel van ons verbouw-avontuur heel veel weg heeft van onze zomervakanties, alleen een beetje beter.
In de zomer stouwen we namelijk vrijwillig de helft van ons huishouden in een auto om 1000 km verder in een tentje te gaan zitten. Deze keer moesten we enkel twee trappen naar omhoog.
De tent waar vier bedden kunnen staan, een tafel en er nog net voldoende ruimte is om er twee stoelen bij te duwen, vinden we ruim. Nu leven we in vier kamer die elk op zich groter zijn dan de desbetreffende tent.
In de zomer koken we op een gamel gasstelletje. Nu hebben we een elektrisch vuurtje en microgolf ter beschikking.
In de zomer loop ik minstens 300 m per keer dat er een toilet nodig is of een afwasbak. Nu slechts twee trappen.
En met een beetje verbeelding hebben alle verbouw-nadelen net ook die zomerse charmante kant, met een beetje veel verbeelding:
zand dat kraakt onder je voeten *check*
geen vaste telefoonlijn meer *check*
geen of een wiebelige internetverbinding *check*
En zo hebben we minstens nog 8 weken verbouw-vakantie.
Ik moet nog al wat afgezaagd hebben over dat met zijn allen boven wonen. Zo blijkt toch uit alle medelevende vragen 'En gaat het een beetje, dat boven wonen.' Maar als ik een andere vergelijking trek, valt het allemaal goed mee. Want opeens bedacht ik me dat dit deel van ons verbouw-avontuur heel veel weg heeft van onze zomervakanties, alleen een beetje beter.
In de zomer stouwen we namelijk vrijwillig de helft van ons huishouden in een auto om 1000 km verder in een tentje te gaan zitten. Deze keer moesten we enkel twee trappen naar omhoog.
De tent waar vier bedden kunnen staan, een tafel en er nog net voldoende ruimte is om er twee stoelen bij te duwen, vinden we ruim. Nu leven we in vier kamer die elk op zich groter zijn dan de desbetreffende tent.
In de zomer koken we op een gamel gasstelletje. Nu hebben we een elektrisch vuurtje en microgolf ter beschikking.
In de zomer loop ik minstens 300 m per keer dat er een toilet nodig is of een afwasbak. Nu slechts twee trappen.
En met een beetje verbeelding hebben alle verbouw-nadelen net ook die zomerse charmante kant, met een beetje veel verbeelding:
zand dat kraakt onder je voeten *check*
geen vaste telefoonlijn meer *check*
geen of een wiebelige internetverbinding *check*
En zo hebben we minstens nog 8 weken verbouw-vakantie.
donderdag 8 december 2011
Halfvol
Een godsgeschenk waren ze, KleineVent en KleineMeid, het moment nadat de drie groepen bouwvakkers onze benedenverdieping voor die dag lieten voor wat ie was. En dat was niet meer dan een holle ruimte met veel uitstekende kabels, uitgekapte goten en nog nawiebelende buizen. In een hoek nog wat puin dat niet meer in de container paste. En dat overgoten met een gigantische hoeveelheid wit stof.
Net op het moment dat mijn energie en het-komt-wel-goed-gevoel achter de bouwvakkers aan wou hollen was er dat lichtje dat ik bijna zag branden (stof, weetje wel) boven KleineVent en KleineMeid's hoofden.
KleineVent trok baantjes in het stof, stapelde wat planken links en rechts en stuurde samen met KleineMeid de autootjes door hun geïmproviseerde autoparcours. Hun 'scheelt er iets?-blik herinnerde me aan mijn 'de wasmachine is gewillig'-mantra en ik liet hen. Net zoals ik hun in bad liet. Voor één keer werkte het storm op zee-spel in de badkuip in mijn voordeel.
Het laten zal de komende dagen misschien niet zo'n slecht idee zijn.
Een godsgeschenk waren ze, KleineVent en KleineMeid, het moment nadat de drie groepen bouwvakkers onze benedenverdieping voor die dag lieten voor wat ie was. En dat was niet meer dan een holle ruimte met veel uitstekende kabels, uitgekapte goten en nog nawiebelende buizen. In een hoek nog wat puin dat niet meer in de container paste. En dat overgoten met een gigantische hoeveelheid wit stof.
Net op het moment dat mijn energie en het-komt-wel-goed-gevoel achter de bouwvakkers aan wou hollen was er dat lichtje dat ik bijna zag branden (stof, weetje wel) boven KleineVent en KleineMeid's hoofden.
KleineVent trok baantjes in het stof, stapelde wat planken links en rechts en stuurde samen met KleineMeid de autootjes door hun geïmproviseerde autoparcours. Hun 'scheelt er iets?-blik herinnerde me aan mijn 'de wasmachine is gewillig'-mantra en ik liet hen. Net zoals ik hun in bad liet. Voor één keer werkte het storm op zee-spel in de badkuip in mijn voordeel.
Het laten zal de komende dagen misschien niet zo'n slecht idee zijn.
maandag 5 december 2011
Nieuw
Samen met de verhuisdozen vol spullen, verdwenen ook onze rituelen in de kelder. En misschien mis ik deze nog het meeste van al. We draaien wat onhandig om elkaar heen. KleineVent stond wat onwennig te trappelen in zijn pyjama. Waar mag ik mijn kleren aandoen? Want mijn kamer is nu de keuken en ik kan mijn kleren toch niet aandoen in de keuken?
Gedaan met vroeg naar bed en toch nog lang lezen-avonden voor mij. Want onze zetel staat nu in een donkere opslagruimte, waardoor we ons nu elke avond na kinderbedtijd op ons bed nestelen.
Gedaan met de twee dekenforten en de twee boekenkasten. Gedaan met de boekenkast tussen deur en kast. Gedaan met de uren tegen de trapleuning. Toch voor even.
Samen met de verhuisdozen vol spullen, verdwenen ook onze rituelen in de kelder. En misschien mis ik deze nog het meeste van al. We draaien wat onhandig om elkaar heen. KleineVent stond wat onwennig te trappelen in zijn pyjama. Waar mag ik mijn kleren aandoen? Want mijn kamer is nu de keuken en ik kan mijn kleren toch niet aandoen in de keuken?
Gedaan met vroeg naar bed en toch nog lang lezen-avonden voor mij. Want onze zetel staat nu in een donkere opslagruimte, waardoor we ons nu elke avond na kinderbedtijd op ons bed nestelen.
Gedaan met de twee dekenforten en de twee boekenkasten. Gedaan met de boekenkast tussen deur en kast. Gedaan met de uren tegen de trapleuning. Toch voor even.
vrijdag 2 december 2011
Terug naar af, zo voelt het
Tien jaar geleden en nog wat maanden stonden we met twee in een leeg huis. In tien jaar en nog wat maanden prop je veel spullen in een huis , weet ik nu. En voel ik vooral. Ik weet nu dat meubels best gedemonteerd worden voor je ze naar de volgende verdieping versleept. De muren zijn je er dankbaar voor en zelfs als zij niets zeggen bespaar je jezelf twintig minuten geblokkeerd zitten op een trap tussen tafelpoten en trapspijlen.
Ik weet nu ook dat huizen wel rekbaar zijn. Dat er nog altijd een doos bovenop die stapel kan en dat er nog altijd een extra lading spullen in de 'Varia'-doos te proppen zijn. Dat een slaapkamer best kan werken als keuken en dat er altijd een kind bij kan in die ene slaapkamer.
En hoe vol en opeengepakt we nu tijdelijk op de eerste en tweede verdieping wonen, zo leeg en hol is het beneden.
En dat is waar ik niet aan kan wennen, dat er een ruimte is in ons huis waar ik mijn voetstappen hoor weergalmen.
Tien jaar geleden en nog wat maanden stonden we met twee in een leeg huis. In tien jaar en nog wat maanden prop je veel spullen in een huis , weet ik nu. En voel ik vooral. Ik weet nu dat meubels best gedemonteerd worden voor je ze naar de volgende verdieping versleept. De muren zijn je er dankbaar voor en zelfs als zij niets zeggen bespaar je jezelf twintig minuten geblokkeerd zitten op een trap tussen tafelpoten en trapspijlen.
Ik weet nu ook dat huizen wel rekbaar zijn. Dat er nog altijd een doos bovenop die stapel kan en dat er nog altijd een extra lading spullen in de 'Varia'-doos te proppen zijn. Dat een slaapkamer best kan werken als keuken en dat er altijd een kind bij kan in die ene slaapkamer.
En hoe vol en opeengepakt we nu tijdelijk op de eerste en tweede verdieping wonen, zo leeg en hol is het beneden.
En dat is waar ik niet aan kan wennen, dat er een ruimte is in ons huis waar ik mijn voetstappen hoor weergalmen.
maandag 28 november 2011
Daar wordt op de deur geklopt...
De eerste zwarte piet sneuvelde deze morgen aan de ontbijttafel. Twee ijverige kindervuisten maakten niet onzacht een einde aan zijn zwarte pieten-bestaan en ruzieden, toen het gekraak nog nazinderde in mijn oren, al over wie het hoofd en wie de voetjes kreeg .
Er wordt afgeteld ten huize Kruimel. Hetzij elk met een eigen agenda in het achterhoofd.
Mijn kinderen tellen af naar wanneer ze hun schoentje mogen zetten.
Lief en ik tellen ook af, naar de dag dat de schouw uitgebroken word, wat meteen fase twee van den groote verbouwink inluidt. Namelijk een compleet uitgebroken benedenverdieping en dus noodgedwongen met zijn allen boven wonen.
Maar laat die schouw nu net uitgebroken worden op 5 december...
Driemaal raden waarom onze kleuterzoon een groot probleem heeft.
De eerste zwarte piet sneuvelde deze morgen aan de ontbijttafel. Twee ijverige kindervuisten maakten niet onzacht een einde aan zijn zwarte pieten-bestaan en ruzieden, toen het gekraak nog nazinderde in mijn oren, al over wie het hoofd en wie de voetjes kreeg .
Er wordt afgeteld ten huize Kruimel. Hetzij elk met een eigen agenda in het achterhoofd.
Mijn kinderen tellen af naar wanneer ze hun schoentje mogen zetten.
Lief en ik tellen ook af, naar de dag dat de schouw uitgebroken word, wat meteen fase twee van den groote verbouwink inluidt. Namelijk een compleet uitgebroken benedenverdieping en dus noodgedwongen met zijn allen boven wonen.
Maar laat die schouw nu net uitgebroken worden op 5 december...
Driemaal raden waarom onze kleuterzoon een groot probleem heeft.
Abonneren op:
Posts (Atom)