In mijn hoofd hangt de herinnering van een afspraak die ik maakte met het universum:
Eénmaal een bepaalde (minder aangename) fase in een kinderleven doorworsteld werd, was hij voorbij.
Ik herinner me nog levendig hoe ik mijn mondeling akkoord gaf. Het was drie uur 's nachts. Ik liep rond met een snikkende peuter op mijn arm die haar bedje bekeek alsof het een leeuwenkuil vol hongerige beesten was. Mijn arm was lam, mijn voeten bevroren en ik wroette koortsachtig naar het laatste restje kalmte in mijn lijf. Om toch maar te blijven troosten, wiegen en sussen en niet - ik zeg maar iets - de peuter in kwestie op een van de tweedehandssites aan te bieden voor 10 euro.
Daar en toen bezwoer ik mezelf: als deze fase voorbij is, hoef je dit nooit meer te doen. En ik dwong het universum tot een akkoordje. Slaaptekort en bevroren voeten doen zoiets met een mens.
Zes jaar lang leefde ik in de waan dat het universum effectief gehoor gaf aan deze afspraak. Tot het kind - die ondertussen opgegroeid is tot vrolijke zevenjarige - plots weer 's nachts al huilend wakker schoot en al gauw elke avond in tranen uitbarstte zodra ze haar bed zag.
Ik geef eerlijk toe. Een zevenjarige, dat geeft je al wat meer onderhandelingsmarges dan een peuter. Ze kan al eens uitleggen wat er schort en oor hebben voor de veertien redenen waarom het niet oké is om rond 22 u. terug op de zetel beneden te willen zitten.
Maar de laatste maanden raakte de pot kalmte en troostende woorden leger en leger. Avond na avond moest ik dieper graven naar woorden om haar te troosten. De laatste weken waren ze op.
Ik had me dus schrap gezet. 1 september, enzo. Ik verwachtte me aan een trillende lip, maar ze trok bij bedtijd blij gezind naar boven. Vol verhalen over school en weerzien met de vriendinnetjes dartelden samen met ons de treden op.
Tot ik het nachtlichtje aanknipte, de deur op een kiertje trok en het begin van een urenlange huilbui tussen de deur mee de gang in glipte.
Het kan zijn dat ik een potje meegehuild heb op de trap
Omdat ik mezelf zetel en een boek beloofd had in het staartje van de avond. En mijn voorraad sussen en troosten op was.
Het kan.