Zichtbaar glunderend liet ze zich door de straatartiest uit het publiek plukken.
Ja, ze wou wel een ballon.
Ja, ze wou deze wel eens opblazen.
Neen, ze kon het niet appreciëren toen het publiek lachte met haar poging en rood aangelopen gezichtje. En neen, ook niet toen de straatartiest een gewillige hand wou toesteken.
Neen, ze vond het niet leuk toen de opgeblazen ballon onmiddellijk leegliep in haar hand. Doe er dan toch een knoopje in man, zag je haar denken.
Neen, ze wou geen nieuwe.
Neen, hij hoefde haar niet aan haar schouder tegen te houden. Ze wilde echt geen nieuwe.
Neen, ze wou geen nieuwe. Stop ermee om met ballonnen te zwaaien.
Neen, geen ballon is geen ballon. Dus ook geen twee ballonnen.
Neen, ze wou geen knuffelbeer aannemen en trouwens waarom hing dat ding aan een vislijn?
Neen, ze ging niet achter een knuffelbeer aanhollen, zeker niet als dat ding aan een vislijn hing.
Neen, ze zei het al. Ze wil geen ballon.
Neen, ook niet als hij grappige fluitgeluidjes maakte.
Neen, hij deed er echt beter aan zijn arm van haar schouder te halen.
Neen, echt geen ballon. Echt niet!
Bij elke weigering van mijn jongste bulderde het publiek en ging haar onderlip harder trillen. Na drie minuten - met een ballon in haar hand die ze echt niet wilde - barstte ze in huilen uit.
En zo verliet ik de voorstelling na 3 minuten en 10 seconden, met een luidkeels blèrende dochter op mijn arm. 'DIE MENEER IS NIET GRAPPIG!'
Op het podium zocht de artiest zichtbaar naar de resetknop van zijn voorstelling.
Posts tonen met het label klassiekers. Alle posts tonen
Posts tonen met het label klassiekers. Alle posts tonen
dinsdag 14 april 2015
woensdag 1 oktober 2014
Tienbeurtenkaart
Ooit in een ver verleden moet ik de grap gemaakt hebben van de tienbeurtenkaart bij de spoeddiensten. Ik denk dat ik het toen al zag aankomen dat ik meer tijd dan me lief was zou spenderen in de wachthokjes van het ziekenhuis.
Ik steek het maar op iets met de genen. Ik ben notoir onhandig en stoelen, tafels en deurstijlen hebben jammer genoeg niet de neiging uit de kant te springen. GroteKleineBroer mikte op de overtreffende trap van onhandig en zag het spectaculairder. Hij werd meermaals met een helikopter van een bergflank geplukt en ik vermoed dat ons telefoonnummer onder een sneltoets zat van zijn turnleraar om mijn ouders nog maar eens te informeren van één of ander ongelukje.
Maar goed. Los van een indrukwekkende val van de trap bleven we nobele onbekenden in de spoed. Tot KleineMeid lucht moet gekregen hebben van de grap en besloot dat het tijd was om de achterstand in te halen. Pink en tanden kwamen al aan de beurt, maar waarom zouden we dat niet afwerken met een mislukte pirouette die je tegen verwarming laat knallen?
'Ik weet de weg', had ik willen mompelen terwijl ik een krijsend kind op mijn armen torste en de spoed binnenstapte.
En ik wou even echt dat ik mijn tienbeurtenkaart kon laten afstempelen.
Ik ben namelijk razend benieuwd wat je krijgt als die vol is.
Ik steek het maar op iets met de genen. Ik ben notoir onhandig en stoelen, tafels en deurstijlen hebben jammer genoeg niet de neiging uit de kant te springen. GroteKleineBroer mikte op de overtreffende trap van onhandig en zag het spectaculairder. Hij werd meermaals met een helikopter van een bergflank geplukt en ik vermoed dat ons telefoonnummer onder een sneltoets zat van zijn turnleraar om mijn ouders nog maar eens te informeren van één of ander ongelukje.
Maar goed. Los van een indrukwekkende val van de trap bleven we nobele onbekenden in de spoed. Tot KleineMeid lucht moet gekregen hebben van de grap en besloot dat het tijd was om de achterstand in te halen. Pink en tanden kwamen al aan de beurt, maar waarom zouden we dat niet afwerken met een mislukte pirouette die je tegen verwarming laat knallen?
'Ik weet de weg', had ik willen mompelen terwijl ik een krijsend kind op mijn armen torste en de spoed binnenstapte.
En ik wou even echt dat ik mijn tienbeurtenkaart kon laten afstempelen.
Ik ben namelijk razend benieuwd wat je krijgt als die vol is.
vrijdag 19 september 2014
Die keer in het ziekenhuis
7 u.
'Jij wilt dat ik verhonger', beet ze me toe en kruiste haar armen. Boos stampte ze richting zetel en keilde alle kussens in de lucht. Operatiedag (ja, die werd voor een deel vervroegd) betekent ook nuchter blijven. Ook als je pas om 12 u 's middags in het ziekenhuis verwacht werd.
8.30u.
Ik sluip stil met een kommetje muesli en kop koffie naar de badkamer. Ik scheur van de honger, maar krijg het niet over mijn hart om voor haar neus te eten.
'Waar ben je?' roept ze voor ik de eerste hap in mijn mond kan steken. 'Je bent aan het eten, hé?'
10 u.
We kleuren - we spelen met de Barbies - we bouwen met de Kapla - we spelen niet met het keukentje - we kleuren nog wat - we bouwen een knikkerbaan - ik zeg elke twee minuten dat ze ook geen stukje fruit mag. (Memo to me, verdeel die eetlustgenen de volgende keer wat beter tussen de leden van de kroost)
11.30 u.
Ik gesp haar vast in de auto richting ziekenhuis.
'Mag ik nu al eten?' x 100
12 u.
Ze klampt de verpleegster die haar opneemt aan. 'Zelfs geen klein stukje mandarijn? Zelfs geen rozijntje? Een slokje water?'
13 u.
Ze mag naar het operatiekwartier. Lacht zich een kriek met het haarnetje dat ik moet opzetten en vraagt aan de anesthesist of hij toevallig een koekje bij heeft. Twee seconden later draaien haar ogen weg en moet ik de ruimte verlaten.
13.30 u.
Ze ligt welgeteld tien minuten zo slap als een lappenpop in het te grote ziekenhuisbed. Nog voor mijn hart *krak* kan doen zit ze monter rechtop en informeert waarom de meneer aan de overkant alleen maar een kleedje aanheeft. En dan nog eentje die niet helemaal dicht kan aan de achterkant.
Ze vraagt aan de verpleegster op de recovery om een koekje. We mogen al vrij snel naar de kamer.
14 u.
Ze huilt hartverscheurend en grijpt naar haar kaak.
'Of ze pijn heeft', informeert de verpleegster.
Ze knikt.
'Haal ik een pijnstiller', vraagt de verpleegster aan mij.
Ze trekt aan mijn arm en fluistert 'een mandarijn helpt ook'
15.30 u.
Ze krijgt een beker water. Ze kijkt nors en informeert waar het eten blijft.
16 u.
De verpleegster komt blinkend binnen met een plat kaasje.
In plaats van aan te vallen kijkt ze wat meewarig naar het potje.
'Daar heb ik nu echt geen zin in.'
16.30 u.
We mogen naar huis alwaar de patiënt een heel bord puree naar binnen schuift.
'Jij wilt dat ik verhonger', beet ze me toe en kruiste haar armen. Boos stampte ze richting zetel en keilde alle kussens in de lucht. Operatiedag (ja, die werd voor een deel vervroegd) betekent ook nuchter blijven. Ook als je pas om 12 u 's middags in het ziekenhuis verwacht werd.
8.30u.
Ik sluip stil met een kommetje muesli en kop koffie naar de badkamer. Ik scheur van de honger, maar krijg het niet over mijn hart om voor haar neus te eten.
'Waar ben je?' roept ze voor ik de eerste hap in mijn mond kan steken. 'Je bent aan het eten, hé?'
10 u.
We kleuren - we spelen met de Barbies - we bouwen met de Kapla - we spelen niet met het keukentje - we kleuren nog wat - we bouwen een knikkerbaan - ik zeg elke twee minuten dat ze ook geen stukje fruit mag. (Memo to me, verdeel die eetlustgenen de volgende keer wat beter tussen de leden van de kroost)
11.30 u.
Ik gesp haar vast in de auto richting ziekenhuis.
'Mag ik nu al eten?' x 100
12 u.
Ze klampt de verpleegster die haar opneemt aan. 'Zelfs geen klein stukje mandarijn? Zelfs geen rozijntje? Een slokje water?'
13 u.
Ze mag naar het operatiekwartier. Lacht zich een kriek met het haarnetje dat ik moet opzetten en vraagt aan de anesthesist of hij toevallig een koekje bij heeft. Twee seconden later draaien haar ogen weg en moet ik de ruimte verlaten.
13.30 u.
Ze ligt welgeteld tien minuten zo slap als een lappenpop in het te grote ziekenhuisbed. Nog voor mijn hart *krak* kan doen zit ze monter rechtop en informeert waarom de meneer aan de overkant alleen maar een kleedje aanheeft. En dan nog eentje die niet helemaal dicht kan aan de achterkant.
Ze vraagt aan de verpleegster op de recovery om een koekje. We mogen al vrij snel naar de kamer.
14 u.
Ze huilt hartverscheurend en grijpt naar haar kaak.
'Of ze pijn heeft', informeert de verpleegster.
Ze knikt.
'Haal ik een pijnstiller', vraagt de verpleegster aan mij.
Ze trekt aan mijn arm en fluistert 'een mandarijn helpt ook'
15.30 u.
Ze krijgt een beker water. Ze kijkt nors en informeert waar het eten blijft.
16 u.
De verpleegster komt blinkend binnen met een plat kaasje.
In plaats van aan te vallen kijkt ze wat meewarig naar het potje.
'Daar heb ik nu echt geen zin in.'
16.30 u.
We mogen naar huis alwaar de patiënt een heel bord puree naar binnen schuift.
donderdag 5 juni 2014
In de categorie: 'Hoe kom je erop?'
Na het eten werden ze naar boven gejaagd. Dat maakt het net iets makkelijker om rijst van de stoelen te schrapen en vetsporen - maar ik wist niet dat er pesto aan mijn voeten hing, mama - weg te dweilen.
Voor de verandering was het eens niet stil. Ik hoorde ze rondstappen en joelen.
Fijn, ze spelen. En steken niets uit.
Voor de verandering hoorde ik geen enkel kind huilen.
Fijn, ze spelen mooi samen.
Ik luisterde glimlachend naar hun gejoel, liep de trap op en stak mijn hoofd om de deur.
KleineVent stond met zijn speelgoedkruisboog in de aanslag en mikte op de roos die ze op de kast geplakt hadden. KleineMeid stond er met haar neus naast om de punten te tellen. Ik zag hem net iets knalgroen afvuren.
'Zeg, jij hebt toch geen groene pijltjes?', vroeg ik nog verwonderd.
'Ik vind mijn pijltjes (met plastiek zuignapje, nvdr) nergens. Maar dat is niet erg, hoor. Met dit gaat het ook prima.'
Hij wees naar een doosje scherpgeslepen kleurpotloodjes.
Voor de verandering was het eens niet stil. Ik hoorde ze rondstappen en joelen.
Fijn, ze spelen. En steken niets uit.
Voor de verandering hoorde ik geen enkel kind huilen.
Fijn, ze spelen mooi samen.
Ik luisterde glimlachend naar hun gejoel, liep de trap op en stak mijn hoofd om de deur.
KleineVent stond met zijn speelgoedkruisboog in de aanslag en mikte op de roos die ze op de kast geplakt hadden. KleineMeid stond er met haar neus naast om de punten te tellen. Ik zag hem net iets knalgroen afvuren.
'Zeg, jij hebt toch geen groene pijltjes?', vroeg ik nog verwonderd.
'Ik vind mijn pijltjes (met plastiek zuignapje, nvdr) nergens. Maar dat is niet erg, hoor. Met dit gaat het ook prima.'
Hij wees naar een doosje scherpgeslepen kleurpotloodjes.
donderdag 18 april 2013
Bubbels
De geur viel op je zodra de voordeur geopend werd.
Het rook in huis naar fris, schoon en lente. En de geur overmeesterde makkelijk de kookkunsten van Lief. Zelf de rijstschotel rook naar douche en frisgewassen haren.
In bad zat de schuldige beteuterd naar het melkwitte water te kijken.
'Waar zijn de bubbels?'
Sinds het kind ontdekt heeft dat de combinatie douchegel en lopende kraan een lawine aan bubbels geeft, is geen enkel flesje meer veilig. Staat de fles niet in de kast? Dan is ie leeg de volgende keer dat je wil douchen.
Mijn nieuwe, zalige ruikende douchemelk stond niet in de kast.
Maar douchemelk geeft ook geen bubbels.
Lose - lose, voor iedereen.
Gelukkig voor haar dat ze zo ongeloofelijk lekker naar sinaasappelbloesem rook ...
Het rook in huis naar fris, schoon en lente. En de geur overmeesterde makkelijk de kookkunsten van Lief. Zelf de rijstschotel rook naar douche en frisgewassen haren.
In bad zat de schuldige beteuterd naar het melkwitte water te kijken.
'Waar zijn de bubbels?'
Sinds het kind ontdekt heeft dat de combinatie douchegel en lopende kraan een lawine aan bubbels geeft, is geen enkel flesje meer veilig. Staat de fles niet in de kast? Dan is ie leeg de volgende keer dat je wil douchen.
Mijn nieuwe, zalige ruikende douchemelk stond niet in de kast.
Maar douchemelk geeft ook geen bubbels.
Lose - lose, voor iedereen.
Gelukkig voor haar dat ze zo ongeloofelijk lekker naar sinaasappelbloesem rook ...
dinsdag 27 november 2012
Omdat ie te mooi is om te vergeten...
Zij bovenaan de trap, ik in de gang. Drie minuten of zo na het middagmaal.
Zij: Mama, mijn buik heeft nog honger. Mijn buik wil nog een koekje.
Ik: Lieve schat, we komen net van tafel. Jouw buik was te vol voor pasta. Dan is ze nu ook te vol voor koekjes.
Zij: Maar mama, mijn buik heeft gejokt. Mijn buik wou geen pasta, mijn buik wil wel koekjes.
Ik: Zeg jij maar tegen jouw buik dat ze moet wachten tot vanmiddag.
Zij: *stil gefluister* 'Mama zegt dat je nog een beetje moet wachten. Neen, geen koekjes. Mama vindt het niet leuk als je jokt. Niet meer doen hé.'
Zij: *normaal brulvolume* Ma-maah, ik heb het gezegd. Mijn buik is niet blij, maar ik ga nog een beetje wachten.
Zij bovenaan de trap, ik in de gang. Drie minuten of zo na het middagmaal.
Zij: Mama, mijn buik heeft nog honger. Mijn buik wil nog een koekje.
Ik: Lieve schat, we komen net van tafel. Jouw buik was te vol voor pasta. Dan is ze nu ook te vol voor koekjes.
Zij: Maar mama, mijn buik heeft gejokt. Mijn buik wou geen pasta, mijn buik wil wel koekjes.
Ik: Zeg jij maar tegen jouw buik dat ze moet wachten tot vanmiddag.
Zij: *stil gefluister* 'Mama zegt dat je nog een beetje moet wachten. Neen, geen koekjes. Mama vindt het niet leuk als je jokt. Niet meer doen hé.'
Zij: *normaal brulvolume* Ma-maah, ik heb het gezegd. Mijn buik is niet blij, maar ik ga nog een beetje wachten.
vrijdag 6 april 2012
Los
Ik werd gisterenavond begroet door een ventje met een brede glimlach waar een groot gapend gat zijn rij tanden onderbrak.
Je ziet er zo anders uit', speelde ik verbaasd.
'Mijn tandje is eruit', glom KleineVent.
Wat ik niet mocht doen - de wiebelende tand een verlossend duwtje geven - mocht het beste vriendje wel.
Naar het schijnt - sportkampmeesters zijn betrouwbare bronnen - vertrok de een met pijn aan zijn lip naar het toilet en ging de tweede mee om hem te troosten. Even later kwamen ze terug, de één met een gat in zijn glimlach, de ander triomfantelijk met de bewuste tand in de lucht. In mijn verbeelding zie ik Beste Vriendje zijn mouwen opstropen en iets mompelen à la 'ik ga jou helpen'.
Maar goed na het uitvallen van de tand volgt het bewaren van de tand en tandenfee-ritueeltje. De tand ging in een mooi envelopje met daarop waar en wanneer en het envelopje ging in het tandendoosje. Doosje op de kast en briefje voor de tandenfee onder het kussen.
De volgende morgen troffen we een dartele KleineVent aan met de gevonden cent in zijn knuisten. We troffen ook een boze KleineMeid aan, alle tanden nog recht op een rij, zonder cent.
En in een onbewaakt moment werd het tandendoosje geschaakt en envelopjes leeggeschud. Weg voortandje van linksboven. Op handen en knieën zocht ik naar het verdwenen tandje. En gek, hoe groot dat gat in dat mondje ook lijkt, in werkelijkheid is het maar een klein brokje wit. Een te klein brokje wit.
'Ik vind em niet', zuchtte ik.
'Mama, dat is toch niet erg. Ik krijg toch een nieuwe tand', haalde KleineVent laconiek zijn schouders op.
Het is duidelijk wie wil groeien en wie wil vasthouden.
Ik werd gisterenavond begroet door een ventje met een brede glimlach waar een groot gapend gat zijn rij tanden onderbrak.
Je ziet er zo anders uit', speelde ik verbaasd.
'Mijn tandje is eruit', glom KleineVent.
Wat ik niet mocht doen - de wiebelende tand een verlossend duwtje geven - mocht het beste vriendje wel.
Naar het schijnt - sportkampmeesters zijn betrouwbare bronnen - vertrok de een met pijn aan zijn lip naar het toilet en ging de tweede mee om hem te troosten. Even later kwamen ze terug, de één met een gat in zijn glimlach, de ander triomfantelijk met de bewuste tand in de lucht. In mijn verbeelding zie ik Beste Vriendje zijn mouwen opstropen en iets mompelen à la 'ik ga jou helpen'.
Maar goed na het uitvallen van de tand volgt het bewaren van de tand en tandenfee-ritueeltje. De tand ging in een mooi envelopje met daarop waar en wanneer en het envelopje ging in het tandendoosje. Doosje op de kast en briefje voor de tandenfee onder het kussen.
De volgende morgen troffen we een dartele KleineVent aan met de gevonden cent in zijn knuisten. We troffen ook een boze KleineMeid aan, alle tanden nog recht op een rij, zonder cent.
En in een onbewaakt moment werd het tandendoosje geschaakt en envelopjes leeggeschud. Weg voortandje van linksboven. Op handen en knieën zocht ik naar het verdwenen tandje. En gek, hoe groot dat gat in dat mondje ook lijkt, in werkelijkheid is het maar een klein brokje wit. Een te klein brokje wit.
'Ik vind em niet', zuchtte ik.
'Mama, dat is toch niet erg. Ik krijg toch een nieuwe tand', haalde KleineVent laconiek zijn schouders op.
Het is duidelijk wie wil groeien en wie wil vasthouden.
dinsdag 14 februari 2012
Lieve dochter,
Elke ochtend controleer ik je pyjama en elke avond opnieuw check ik je kleren van die dag, maar ik snap het niet. Er zitten geen schatten in verborgen, geen geheime boodschappen die voor mijn ogen verborgen moeten worden. Ik vind ook nergens sporen van lijm die het dagelijkse ritueel pyjama-kleren, kleren-pyjama bijzonder pijnlijk maken. En toch, deins je keer op keer terug als ik nog maar aanstalten maak om een knoopje te openen of een rits aan te raken. Je knalrode kopje spreekt boekdelen. Je luidkeels gekrijs maakt het helemaal duidelijk. Kleren wisselen is niet echt jouw ding.
Maar , lieve dochter, je moet me niet wijsmaken dat je het nut pyjama versus kleren niet vat, want dan zou het mantra 'kleren aandoen, kleren aandoen, kleren aandoen' op trommelvliesscheurend volume ook niet nodig zijn, eenmaal je in pyjama met jas erboven in de auto gedeponeerd wordt richting kleuterschool.
Volgens mij - ik doe maar een gok, maar ooit was ik ook drie - is dit een knap staaltje van 'ik wil niet omdat jij het wel wilt'.
Waarom ik dit schrijf? Wel als je ooit een foto ziet van een KleineMeid met een rok op haar hoofd en sokken aan haar handen, dat was niet mijn idee...
kus,
je mama.
Elke ochtend controleer ik je pyjama en elke avond opnieuw check ik je kleren van die dag, maar ik snap het niet. Er zitten geen schatten in verborgen, geen geheime boodschappen die voor mijn ogen verborgen moeten worden. Ik vind ook nergens sporen van lijm die het dagelijkse ritueel pyjama-kleren, kleren-pyjama bijzonder pijnlijk maken. En toch, deins je keer op keer terug als ik nog maar aanstalten maak om een knoopje te openen of een rits aan te raken. Je knalrode kopje spreekt boekdelen. Je luidkeels gekrijs maakt het helemaal duidelijk. Kleren wisselen is niet echt jouw ding.
Maar , lieve dochter, je moet me niet wijsmaken dat je het nut pyjama versus kleren niet vat, want dan zou het mantra 'kleren aandoen, kleren aandoen, kleren aandoen' op trommelvliesscheurend volume ook niet nodig zijn, eenmaal je in pyjama met jas erboven in de auto gedeponeerd wordt richting kleuterschool.
Volgens mij - ik doe maar een gok, maar ooit was ik ook drie - is dit een knap staaltje van 'ik wil niet omdat jij het wel wilt'.
Waarom ik dit schrijf? Wel als je ooit een foto ziet van een KleineMeid met een rok op haar hoofd en sokken aan haar handen, dat was niet mijn idee...
kus,
je mama.
donderdag 29 december 2011
Lolbroek
ik: waar zijn je schoenen, KleineMeid?
zij: *peutert wat ongeïnteresseerd in haar neus*
ik: Meis, waar zijn je schoenen. Daarnet stonden ze nog hier, bij de stoel.
zij: *kijkt even vragend rond en peutert verder*
ik: We moeten door en het regent, dus je kan niet zonder schoenen weg. Waar heb je ze gezet?
zij: weet niet.
ik: *begin de hele kamer door te zoeken*
10 minuten later
KleineVent: Wat doe je?
ik: Ik zoek zus haar schoenen, weet jij waar ze die verstopt heeft? (kan lichtelijk grommend geklonken hebben)
hij: Ja!
ik: *veer recht* Waar?
hij: als je iets zoekt, staat het altijd daar waar je nog niet gezocht hebt. *insert grote glimlach*
Les 1: Alles wat je zegt komt ooit terug.
Les 2: Laat je kinderen nooit alleen met schoenen, als je echt echt op tijd de deur uit moet. Geldt ook voor jassen, mutsen, handtassen en zeer zeker autosleutels.
Les 3: de bak vol Playmobile is een ideale schoenenschuilplaats.
ik: waar zijn je schoenen, KleineMeid?
zij: *peutert wat ongeïnteresseerd in haar neus*
ik: Meis, waar zijn je schoenen. Daarnet stonden ze nog hier, bij de stoel.
zij: *kijkt even vragend rond en peutert verder*
ik: We moeten door en het regent, dus je kan niet zonder schoenen weg. Waar heb je ze gezet?
zij: weet niet.
ik: *begin de hele kamer door te zoeken*
10 minuten later
KleineVent: Wat doe je?
ik: Ik zoek zus haar schoenen, weet jij waar ze die verstopt heeft? (kan lichtelijk grommend geklonken hebben)
hij: Ja!
ik: *veer recht* Waar?
hij: als je iets zoekt, staat het altijd daar waar je nog niet gezocht hebt. *insert grote glimlach*
Les 1: Alles wat je zegt komt ooit terug.
Les 2: Laat je kinderen nooit alleen met schoenen, als je echt echt op tijd de deur uit moet. Geldt ook voor jassen, mutsen, handtassen en zeer zeker autosleutels.
Les 3: de bak vol Playmobile is een ideale schoenenschuilplaats.
maandag 3 oktober 2011
Toch al één (of kom twee) die al blij zijn...
"Nog nooit zo content geweest om een terras tot zien veranderen tot een hoop betonpuin", dacht ik toen een viertal mannen met drilboor en kraan ons terras sloopten en onze tuin definitief in een bouwwerf veranderden.
Maar die KleineVent van ons, die is er zo mogelijk nog blijer mee.
Het kind kampeert aan het raam om geen enkele schep zand of gemetselde steen te missen. Eenmaal de bouwvakkers weg zijn schiet ie zijn laarzen aan om "nog een beetje te werken" waarna hij wat met een stok in het zand pookt en de hardheid van de beton test. En filosofeert wat over de zin en onzin van verbouwen filosofeert.
"Mama, ik vind jullie een beetje gek"
"Waarom, ventje?"
"Eerst komt er een meneer die een grote muur stuk maakt. Dan komt er een meneer om die op te ruimen en dan bouwen die samen een nieuwe muur."
"Mama, ik mag al op die muur lopen heeft de meneer gezegd. Want ik ben klein. Maar jij mag er nog niet op, want als jij erop staat zal de muur omvallen."
Of mijn favoriet tot nu toe:
"Waar gaan jullie naartoe?" tegen de bouwvakkers die alles inpakken om te vertrekken.
"Naar huis en patatjes eten",antwoord die ene die duidelijk zelf kinderen heeft.
"Wonen jullie dan allemaal samen in één huisje?"
"Nog nooit zo content geweest om een terras tot zien veranderen tot een hoop betonpuin", dacht ik toen een viertal mannen met drilboor en kraan ons terras sloopten en onze tuin definitief in een bouwwerf veranderden.
Maar die KleineVent van ons, die is er zo mogelijk nog blijer mee.
Het kind kampeert aan het raam om geen enkele schep zand of gemetselde steen te missen. Eenmaal de bouwvakkers weg zijn schiet ie zijn laarzen aan om "nog een beetje te werken" waarna hij wat met een stok in het zand pookt en de hardheid van de beton test. En filosofeert wat over de zin en onzin van verbouwen filosofeert.
"Mama, ik vind jullie een beetje gek"
"Waarom, ventje?"
"Eerst komt er een meneer die een grote muur stuk maakt. Dan komt er een meneer om die op te ruimen en dan bouwen die samen een nieuwe muur."
"Mama, ik mag al op die muur lopen heeft de meneer gezegd. Want ik ben klein. Maar jij mag er nog niet op, want als jij erop staat zal de muur omvallen."
Of mijn favoriet tot nu toe:
"Waar gaan jullie naartoe?" tegen de bouwvakkers die alles inpakken om te vertrekken.
"Naar huis en patatjes eten",antwoord die ene die duidelijk zelf kinderen heeft.
"Wonen jullie dan allemaal samen in één huisje?"
zondag 9 januari 2011
Taal-evolutie
Eerst was ie een 'fuut' met een gekke armbeweging ter hoogte van haar neus.
Later werd het een opantje.
(Het duurde even voor ik door had dat ze het niet over haar opa had.)
Onlangs werd het opantje een oofantje.
Vorige week was het een oolfantje.
Ze is op de goede weg? zou u zeggen.
Waarom riep ze dan het hele voorleesmomentje van deze avond dolenthousiast 'mama' bij het zien van het olifantje uit 'Mijn buren'?
Eerst was ie een 'fuut' met een gekke armbeweging ter hoogte van haar neus.
Later werd het een opantje.
(Het duurde even voor ik door had dat ze het niet over haar opa had.)
Onlangs werd het opantje een oofantje.
Vorige week was het een oolfantje.
Ze is op de goede weg? zou u zeggen.
Waarom riep ze dan het hele voorleesmomentje van deze avond dolenthousiast 'mama' bij het zien van het olifantje uit 'Mijn buren'?
maandag 18 oktober 2010
Nadenken
In het bos zijn we gelukkig, KleineVent en ik. Hij door de overvloed van stokken, blaadjes, kastanjes en eikels om op te rapen, paddenstoelen waar kabouters in kunnen wonen en bomen om op te klauteren.
Ik om de frisse lucht, de stilte en mijn grootste al het bovenstaande te zien doen.
De buit van de dag was een stapel stokken. Een stok om mee in het water te slaan, een om bolsters om te draaien, één om een katapult van te maken en een voor zijn allerbeste vriendje. (Want ja, welk bijna vijfjarig jongetje is nu niet blij met een zelf uitgezochte stok?)
Jammer genoeg bleken zelfs mijn armen te kort om alle stokken mee te nemen.
'Je mag er drie uitkiezen', zei ik terwijl ik één van de vijf katapult-stokken door mijn vingers voelde glippen.
KleineVent snelde naar het bankje, ging zitten en drukte zijn vuisten tegen zijn kin.
'Wat ga je doen?', vroeg ik met mijn armen vol stokken.
'Daar moet ik echt eventjes over nadenken.'
In het bos zijn we gelukkig, KleineVent en ik. Hij door de overvloed van stokken, blaadjes, kastanjes en eikels om op te rapen, paddenstoelen waar kabouters in kunnen wonen en bomen om op te klauteren.
Ik om de frisse lucht, de stilte en mijn grootste al het bovenstaande te zien doen.
De buit van de dag was een stapel stokken. Een stok om mee in het water te slaan, een om bolsters om te draaien, één om een katapult van te maken en een voor zijn allerbeste vriendje. (Want ja, welk bijna vijfjarig jongetje is nu niet blij met een zelf uitgezochte stok?)
Jammer genoeg bleken zelfs mijn armen te kort om alle stokken mee te nemen.
'Je mag er drie uitkiezen', zei ik terwijl ik één van de vijf katapult-stokken door mijn vingers voelde glippen.
KleineVent snelde naar het bankje, ging zitten en drukte zijn vuisten tegen zijn kin.
'Wat ga je doen?', vroeg ik met mijn armen vol stokken.
'Daar moet ik echt eventjes over nadenken.'
maandag 4 oktober 2010
What goes around, comes around
Op 21 november 2006 schreef ik dit:
Op 1 oktober 2010 mocht ik twee karretjes voortduwen. En nam ik me heilig voor nooit meer alleen te gaan winkelen met KleineVent en KleineMeid. En ook om nooit meer te denken: 'Dat overkomt mij niet.'
Op 21 november 2006 schreef ik dit:
Winkelen
'Lotte, kom hier', klonk het door de gangen van de supermarkt.
Een grote man keek zoekend rond tussen de stapels groenten en fruit.
Met zijn knie duwde hij halfslachtig een kinderwinkelkarretje voort. Er lagen enkel een zak mandarijntjes en een doosje kiwis in, maar het ding was zo goed als gevuld.
'Lotte! Kom je winkelkarretje duwen!'
Een klein blond meisje - ongetwijfeld Lotte - verscheen van achter een speculoos-display.
'Neen!'
'Lotte, als je een karretje neemt moet je het ook duwen.'
'Neen!' De blonde uk wapperde met een knuffellap en sprong dartelend weg.
De man liep achter haar aan, ongemakkelijk voorovergebogen om het belachelijk kleine karretje vooruit te duwen.
'Lotte!'
Ik keek grijnzend naar Jasper.
'Blijf jij nog maar even in je maxicosi zitten.'
Op 1 oktober 2010 mocht ik twee karretjes voortduwen. En nam ik me heilig voor nooit meer alleen te gaan winkelen met KleineVent en KleineMeid. En ook om nooit meer te denken: 'Dat overkomt mij niet.'
donderdag 17 juni 2010
DonderdagVraagdag #12
Steunend onder de mand met koekjes liep hij de kleuterzaal in. Vriendjes dansten om hem en zijn traktatie heen en hij speelde het glunderende middelpunt.
Een middelpunt dat het wel wat moeilijk had om rugzak en trui aan het haakje te hangen, zo vergroeid met een mand vol koekjes.
'Geef maar even, dan kun je jouw trui uitdoen', bood ik aan.
'Neen mama, dat kan ik nu allemaal zelf. Nu ben ik groot!', weerlegde mijn kleuter ter hoogte van mijn heup.
En , wie was verantwoordelijk voor jou eerste glimlach vandaag?
Steunend onder de mand met koekjes liep hij de kleuterzaal in. Vriendjes dansten om hem en zijn traktatie heen en hij speelde het glunderende middelpunt.
Een middelpunt dat het wel wat moeilijk had om rugzak en trui aan het haakje te hangen, zo vergroeid met een mand vol koekjes.
'Geef maar even, dan kun je jouw trui uitdoen', bood ik aan.
'Neen mama, dat kan ik nu allemaal zelf. Nu ben ik groot!', weerlegde mijn kleuter ter hoogte van mijn heup.
En , wie was verantwoordelijk voor jou eerste glimlach vandaag?
donderdag 12 november 2009
donderdag 24 september 2009
Van wie hij het ook heeft, niet van mij
‘Neen, je kan niet op de draaimolen’, herhaal ik voor de twaalfde keer. ‘Ik heb geen centjes bij.’
KleineVents sippe gezicht klaart op. Hij draait 180 graden en marcheert doelbewust op het groepje oudjes af dat dagelijks vergadering houdt op een bankje.
‘Hebben jullie een centje voor de auto’s?’, vraagt hij met opgeheven handje.
‘Neen, je kan niet op de draaimolen’, herhaal ik voor de twaalfde keer. ‘Ik heb geen centjes bij.’
KleineVents sippe gezicht klaart op. Hij draait 180 graden en marcheert doelbewust op het groepje oudjes af dat dagelijks vergadering houdt op een bankje.
‘Hebben jullie een centje voor de auto’s?’, vraagt hij met opgeheven handje.
woensdag 10 juni 2009
En oenoemdegij manneke?
KleineVent noemt zichzelf Japper. Welke vader en moeder verzinnen het ook om een kleine vent een naam te geven met een 's' en een 'p' knal achter elkaar. Dat is moeilijk. Dus is het Japper. Zelfs nu de 's' en de 'p' al vlot over de tong rollen blijft het Japper.
Nog maar eens opvoeden dus.
'Zeg eens Jas'
'Jas'
'En nu per'
'Per'
'Jas Per'
'Japper'
'Neen, Jasssssper'
'Jappppp perrrrr'
'Neen, Jas. Kijk wat is dit hier'
* educatief ingestelde vader neemt zoons jasje tussen duim en wijsvinger*
'Mijn trui'
KleineVent noemt zichzelf Japper. Welke vader en moeder verzinnen het ook om een kleine vent een naam te geven met een 's' en een 'p' knal achter elkaar. Dat is moeilijk. Dus is het Japper. Zelfs nu de 's' en de 'p' al vlot over de tong rollen blijft het Japper.
Nog maar eens opvoeden dus.
'Zeg eens Jas'
'Jas'
'En nu per'
'Per'
'Jas Per'
'Japper'
'Neen, Jasssssper'
'Jappppp perrrrr'
'Neen, Jas. Kijk wat is dit hier'
* educatief ingestelde vader neemt zoons jasje tussen duim en wijsvinger*
'Mijn trui'
Abonneren op:
Posts (Atom)