Als ik ooit iets opnieuw zou kunnen doen in mijn relatie, is het kiezen aan welke kant van het bed ik slaap.
Waarom? Ik slaap aan de linkerkant. Toevallig ook de kant van de deur. Dus wanneer mijn kinderen in het holst van de nacht de trap afsluipen en onze kamer inlopen ben ik de eerste waar ze tegen opbotsen. En waarom zou je een rondje rond het bed lopen om de vader des huizes wakker te maken?
Neen, mijn slaapplek aan de linkerkant promoveerde mij tot de ouder die altijd gewekt wordt. Hetzij door een beetje duwen tegen mijn heup, wrijven/hardhandig tikken op mijn hoofd of - zoals laatst - gewoon boven mijn gezicht gaan hangen en wachten tot ik wakker word (helemaal niet verschietachtig dat laatste, not.)
De nachten zonder ononderbroken slaap zijn dus nog altijd op weinig handen te tellen. Toegegeven, ik moet geen nachtenlang rondjes meer lopen. Speuren naar een zoekgeraakte knuffel of kussen zijn minder tijdsrovend, maar wakker ben ik toch.
Daarbij heeft mijn kroost de gave om me altijd uit mijn diepste slaap te wekken, het moment dat ik volop aan het dromen ben. Eenmaal wakker blijven die dromen dan aan mij plakken, tot diep in de dag. Vannacht was ik in mijn droom behang aan het kiezen. Het ene waanzinnige patroon na het andere passeerde de revue en in mijn droom vond ik ze allemaal mooi. Toen was daar om 02.48 u. KleineMeid die 'een beetje honger had'. En *plak* deed de parade aan behangmotieven.
We zijn bijna twaalf uur verder en ik zie de kleuren nog langs mijn netvlies passeren. Ik drink nog een tas koffie en onderdruk de neiging om op zoek te gaan welke leverancier net dat soort behangpapier verkoopt.
Posts tonen met het label Moe(der). Alle posts tonen
Posts tonen met het label Moe(der). Alle posts tonen
donderdag 7 februari 2013
woensdag 9 januari 2013
Donderstenen
Ik denk dat ik op maandag 7 januari wat onderuitgezakt aan mijn computer zat. Mijn mailbox liep alarmerend snel vol met mails. Er lag een aanzienlijke stapel te openen post, maar in plaats van mijn mouwen op te stropen en te kijken wat voor nieuws er zat tussen de 386 ongelezen berichten vouwde ik mijn handen om mijn warme koffiemok en keek naar buiten.
'Luister', zei ik tegen mezelf. 'Hoor je dat? Niets, absoluut niets. Geen ge-MAMAAAAAA! Geen gehuil, gejen, geduw en gesar.' Ik sloot mijn ogen en ademde diep in en uit.
Het was een volle veertiendaagse, die vakantie die rond Kerst en Nieuw plakt.
Ik ben niet uitgerust.
Ik ben niet uitgeslapen.
Ik ben zo mogelijk nog vermoeider dan voor de vakantie.
Twee donderstenen zitten daar voor een groot stuk tussen. Alle vakantieplannen en activiteiten ten spijt waren mijn kinderen twee magneten die in een mum van tijd aan elkaar plakken om dan stevig te knetteren. Kampen werden aangevallen en verwoest. Tekeningen verscheurd, knikkerbanen gesloopt en treinbanen verbouwd. Was de één vertrokken in zijn spel, marcheerde de ander er ostentatief door. Broers en zussen werden meermaals levende zitkussens, stootkussens en stormrammen. Op de tiende dag gingen mijn nekharen al bij de eerste gebrulde 'aanvalleuh' (6.10 u.) rechtstaan.
Het deed dus deugd, dat eerste uur voor mijn beeldscherm en 's avonds kon ik eerste (en volgende) gebrulde 'aanvalleuh' opnieuw de baas. Een lichtgewicht van 1m14 vang ik zo op in mijn armen en keer ik moeiteloos enkele keren om. Die puf en zin krijg ik dan ook weer van een computer vol onbeantwoorde mails en iets teveel koffie.
.
Ik denk dat ik op maandag 7 januari wat onderuitgezakt aan mijn computer zat. Mijn mailbox liep alarmerend snel vol met mails. Er lag een aanzienlijke stapel te openen post, maar in plaats van mijn mouwen op te stropen en te kijken wat voor nieuws er zat tussen de 386 ongelezen berichten vouwde ik mijn handen om mijn warme koffiemok en keek naar buiten.
'Luister', zei ik tegen mezelf. 'Hoor je dat? Niets, absoluut niets. Geen ge-MAMAAAAAA! Geen gehuil, gejen, geduw en gesar.' Ik sloot mijn ogen en ademde diep in en uit.
Het was een volle veertiendaagse, die vakantie die rond Kerst en Nieuw plakt.
Ik ben niet uitgerust.
Ik ben niet uitgeslapen.
Ik ben zo mogelijk nog vermoeider dan voor de vakantie.
Twee donderstenen zitten daar voor een groot stuk tussen. Alle vakantieplannen en activiteiten ten spijt waren mijn kinderen twee magneten die in een mum van tijd aan elkaar plakken om dan stevig te knetteren. Kampen werden aangevallen en verwoest. Tekeningen verscheurd, knikkerbanen gesloopt en treinbanen verbouwd. Was de één vertrokken in zijn spel, marcheerde de ander er ostentatief door. Broers en zussen werden meermaals levende zitkussens, stootkussens en stormrammen. Op de tiende dag gingen mijn nekharen al bij de eerste gebrulde 'aanvalleuh' (6.10 u.) rechtstaan.
Het deed dus deugd, dat eerste uur voor mijn beeldscherm en 's avonds kon ik eerste (en volgende) gebrulde 'aanvalleuh' opnieuw de baas. Een lichtgewicht van 1m14 vang ik zo op in mijn armen en keer ik moeiteloos enkele keren om. Die puf en zin krijg ik dan ook weer van een computer vol onbeantwoorde mails en iets teveel koffie.
.
maandag 12 november 2012
Oranje, rood, bruin
Op weg naar nog maar eens iets voor het werk zie ik hoe mooi de bomen tonen dat het echt herfst is. Rood, oranje en bruin versmelten samen tot een streling voor het oog tegen een lichtblauwe lucht.
'Wandel onder ons', ritselen de bomen me toe.
'Luister naar ons gekraak', dwarrelen de bladeren in de lucht.
Ik knars met mijn tanden, knijp wat harder in mijn stuur en zie op de klok dat ik nog een kwartier heb om op tijd te raken waar ik moet zijn op een veel te mooie zondagmorgen.
Ik verlang naar een stevige herfstbries die mijn agenda wat leegblaast.
Op weg naar nog maar eens iets voor het werk zie ik hoe mooi de bomen tonen dat het echt herfst is. Rood, oranje en bruin versmelten samen tot een streling voor het oog tegen een lichtblauwe lucht.
'Wandel onder ons', ritselen de bomen me toe.
'Luister naar ons gekraak', dwarrelen de bladeren in de lucht.
Ik knars met mijn tanden, knijp wat harder in mijn stuur en zie op de klok dat ik nog een kwartier heb om op tijd te raken waar ik moet zijn op een veel te mooie zondagmorgen.
Ik verlang naar een stevige herfstbries die mijn agenda wat leegblaast.
vrijdag 9 november 2012
Zacht
Hoe langer de ochtenden veel te vroeg beginnen, hoe zachter mijn matras voelt.
Hoe eerder mijn dochter aan de slaapkamerdeur piept 'Is het opstaantijd?', hoe zwaarder mijn hoofd op mijn kussen weegt.
Hoe vroeger mijn zoon me wakker kust, des te warmer omhuld mijn dubbel dekbed me.
Nog enkele dagen zoals de afgelopen twee weken en ik overweeg een winterslaap.
Hoe langer de ochtenden veel te vroeg beginnen, hoe zachter mijn matras voelt.
Hoe eerder mijn dochter aan de slaapkamerdeur piept 'Is het opstaantijd?', hoe zwaarder mijn hoofd op mijn kussen weegt.
Hoe vroeger mijn zoon me wakker kust, des te warmer omhuld mijn dubbel dekbed me.
Nog enkele dagen zoals de afgelopen twee weken en ik overweeg een winterslaap.
maandag 27 september 2010
Nachttafelschatten
Er ligt een notaboek in mijn nachttafel. In een vlaag van opruimwoede zag ik haar tussen eenzame sokken en enkele verkreukte verpakkingen paracetamol uitpiepen.
Een archeologische vondst in mijn slaapkamer. Eentje die dateert uit het tijdperk dat ik minstens twee dagen per week maar moest opstaan als ik dat wou. En hoe ik dan vaak even zat te schrijven.
De laatste schrijfsels dateerden van een week voor KleineVent's geboorte. Sindsdien sta ik op wanneer mijn kinderen genoeg hebben van hun bed. En dat is altijd veel te vroeg voor geschrijf.
Sindsdien zitten dagen zo propvol dat er weinig tijd is voor gemijmer met blad en pen.
Toch liet ik het notaboek nog zitten, daar in een opgeruimde lade. Want ik weet dat die tijd er weer aankomt. Dat ze mij niet voor alles nodig zullen hebben. Dat ik ze met een gerust hart zelf het ontbijt kan laten maken.
En als ik eerlijk ben? Nu mis mijn tijd met mijn notaboek.
En later? Zal ik mijmerend terugdenken aan nu. Hopelijk met blad en pen.
Er ligt een notaboek in mijn nachttafel. In een vlaag van opruimwoede zag ik haar tussen eenzame sokken en enkele verkreukte verpakkingen paracetamol uitpiepen.
Een archeologische vondst in mijn slaapkamer. Eentje die dateert uit het tijdperk dat ik minstens twee dagen per week maar moest opstaan als ik dat wou. En hoe ik dan vaak even zat te schrijven.
De laatste schrijfsels dateerden van een week voor KleineVent's geboorte. Sindsdien sta ik op wanneer mijn kinderen genoeg hebben van hun bed. En dat is altijd veel te vroeg voor geschrijf.
Sindsdien zitten dagen zo propvol dat er weinig tijd is voor gemijmer met blad en pen.
Toch liet ik het notaboek nog zitten, daar in een opgeruimde lade. Want ik weet dat die tijd er weer aankomt. Dat ze mij niet voor alles nodig zullen hebben. Dat ik ze met een gerust hart zelf het ontbijt kan laten maken.
En als ik eerlijk ben? Nu mis mijn tijd met mijn notaboek.
En later? Zal ik mijmerend terugdenken aan nu. Hopelijk met blad en pen.
dinsdag 20 april 2010
Ook een goeiemorgen
Kijk, dan besteed je meer tijd dan beschikbaar om de nacht uit je haar te wassen. De slaap uit je hoofd te spoelen en de wallen van onder je ogen te verjagen. Dan pluk je de lente uit je kast in de vorm van een vrolijke, wapperende rok en giet je drie koppen sterke koffie in je lijf.
EN
DAN
NOG
krijg je de opmerking:
'Je merkt aan je ogen dat je kleine kindjes hebt.'
Kijk, dan besteed je meer tijd dan beschikbaar om de nacht uit je haar te wassen. De slaap uit je hoofd te spoelen en de wallen van onder je ogen te verjagen. Dan pluk je de lente uit je kast in de vorm van een vrolijke, wapperende rok en giet je drie koppen sterke koffie in je lijf.
EN
DAN
NOG
krijg je de opmerking:
'Je merkt aan je ogen dat je kleine kindjes hebt.'
donderdag 11 maart 2010
woensdag 16 december 2009
Oh ja, alles komt terug
Vervang gewoon even de hem door haar en de hij door zij
Slapeloze nacht
Hij is het uitroepteken na een eindeloze Aaahh. Uitgestrekt, rood en boos.
Dan is hij enkel nog geschreeuw. Een bundel decibels om 3u 's nachts. Samen wandelen we kringetjes rond zijn wieg. Hij is de langgerekt NEEEEEEEE onder mijn oor. Mijn tanden klapperen afwisselend B en R tot ik blauw en koud hem meeneem naar ons bed en hem tegen me aan trek. Hij krult zich en sabbelt op zijn duim, een kleine komma in zijn huilbui.
Ik plooi me tegen hem, als een haakje dat alles afsluit.
Vervang gewoon even de hem door haar en de hij door zij
dinsdag 8 december 2009
Ik beloof het je
Allerliefste kleinste van me,
Op een morgen wanneer je pakweg zeventien bent en de avond voordien goed de bloemetjes buitenzette zal ik een onbedwingbare nood voelen om te stofzuigen. Ik zeg het je nu al. Rond een uur of zeven moet en zal het stof vanonder jouw bed gezogen worden. Is je dekbed toe aan een rondje in de wasmachine en moet dat gordijn grondig gelucht worden.
En als je me kreunend vanonder je deken naar minder aangename oorden verwenst, dan zal ik je vertellen over die ene memorabele nacht. Die nacht dat je de longen uit je lijf krijste, boos en rood. En hoe ik de trappen opstormde in de verwachting dat er minstens drie man jou folterde. En hoe je plotsklaps ophield met brullen toen ik me over je bedje boog, met een schalkse glimlach en uitgestrekte handjes. Maar het weer op een brullen zette zodra ik uit zicht verdween. En dat voor twee uur lang.
We zullen herinneringen ophalen, lieve meid, op die morgen binnen een vijftiental jaar. Hoe je ook kreunt, zucht en mort. En dan zal ik heel even denken: zo weet je ook hoe het voelt.
Alle liefs,
Je mama
Allerliefste kleinste van me,
Op een morgen wanneer je pakweg zeventien bent en de avond voordien goed de bloemetjes buitenzette zal ik een onbedwingbare nood voelen om te stofzuigen. Ik zeg het je nu al. Rond een uur of zeven moet en zal het stof vanonder jouw bed gezogen worden. Is je dekbed toe aan een rondje in de wasmachine en moet dat gordijn grondig gelucht worden.
En als je me kreunend vanonder je deken naar minder aangename oorden verwenst, dan zal ik je vertellen over die ene memorabele nacht. Die nacht dat je de longen uit je lijf krijste, boos en rood. En hoe ik de trappen opstormde in de verwachting dat er minstens drie man jou folterde. En hoe je plotsklaps ophield met brullen toen ik me over je bedje boog, met een schalkse glimlach en uitgestrekte handjes. Maar het weer op een brullen zette zodra ik uit zicht verdween. En dat voor twee uur lang.
We zullen herinneringen ophalen, lieve meid, op die morgen binnen een vijftiental jaar. Hoe je ook kreunt, zucht en mort. En dan zal ik heel even denken: zo weet je ook hoe het voelt.
Alle liefs,
Je mama
dinsdag 24 november 2009
Gedoemd
Nu heeft mijn dochter eindelijk door hoe dat moet - 's nachts slapen.
Nu heeft mijn zoon voor even geen nachtmerries.
En - o wonder - heeft mijn lief voor één nacht geen behoefte aan snurken.
Speelt mijn eigen lijf wel niet op zeker.
Zo zat ik alsnog om één uur in de woonkamer me te vervelen met Vitaya in afwachting dat de pijnstillers hun beloften inlosten.
En zo betrap ik mezelf opnieuw met mijn neus boven het blik koffie. Want het gewoon drinken dat is vandaag niet voldoende.
Nu heeft mijn dochter eindelijk door hoe dat moet - 's nachts slapen.
Nu heeft mijn zoon voor even geen nachtmerries.
En - o wonder - heeft mijn lief voor één nacht geen behoefte aan snurken.
Speelt mijn eigen lijf wel niet op zeker.
Zo zat ik alsnog om één uur in de woonkamer me te vervelen met Vitaya in afwachting dat de pijnstillers hun beloften inlosten.
En zo betrap ik mezelf opnieuw met mijn neus boven het blik koffie. Want het gewoon drinken dat is vandaag niet voldoende.
zondag 15 november 2009
We doen van Villa Kakelbont tegenwoordig
We staan aan de creche wanneer die overduidelijk gesloten is, alleen wisten we dat niet. We hossen 's nachts rond met flessen en pijnstillers en willen 's ochtends (en bij uitbreiding vaak ook over de middag)alleen maar slapen. We openen deuren in pyjama met haren alle kanten op voor vriendelijke meelezers, de schaamte voorbij en in volle gelatenheid.
We staan een dag te laat aan de ingang van het theater. En de film die we dan als troostprijs willen bekijken, ja, daar waren we ook te laat voor.
We doen van Villa Kakelbont tegenwoordig. Met evenveel chaos als Pippi herself, maar wat minder charme.
We staan aan de creche wanneer die overduidelijk gesloten is, alleen wisten we dat niet. We hossen 's nachts rond met flessen en pijnstillers en willen 's ochtends (en bij uitbreiding vaak ook over de middag)alleen maar slapen. We openen deuren in pyjama met haren alle kanten op voor vriendelijke meelezers, de schaamte voorbij en in volle gelatenheid.
We staan een dag te laat aan de ingang van het theater. En de film die we dan als troostprijs willen bekijken, ja, daar waren we ook te laat voor.
We doen van Villa Kakelbont tegenwoordig. Met evenveel chaos als Pippi herself, maar wat minder charme.
zondag 8 november 2009
Bobijntje
We vlogen door de dagen. Vierden de 'één' bij vissen en pinguïns. Stortten onszelf in het ballenbad en zoefden van grote glijbanen. We bewonderden de KleinsteMeid en waagden het om twee nieuwe kasten te kopen in het gezelschap van een peuter en een kleuter. We plensden door de regen op weg naar de bibliotheek en wonden de bibliothecaresse zodanig rond onze vinger dat we nog tien minuutjes extra mochten zoeken naar een mooi voorleesboek. We dwaalden rond in de mooiste speelgoedwinkel en wisten onder vier kleine oogjes ongezien pakjes mee te smokkelen.
Maar er moesten ook veel snotneuzen geveegd worden, tranen gewist en verdrietjes getroost. Er waren veel pamperwissels onder oorverdovend protest, natte hoeslakens door 'oeps' en speelgoedtornades die in een oogwenk de woonkamer overspoelden. En er zijn die nachten die nog steeds veel te kort lijken.
Zodoende beweeg ik me trager door deze zondagmorgen dan normaal, tot ik struikel over het cadeautje dat Lief voor me meebracht. Een stukje Boekenbeurs in huize Kruimel. En ik overweeg met hart en ziel om me te verstoppen tussen pagina 1 en 389.
We vlogen door de dagen. Vierden de 'één' bij vissen en pinguïns. Stortten onszelf in het ballenbad en zoefden van grote glijbanen. We bewonderden de KleinsteMeid en waagden het om twee nieuwe kasten te kopen in het gezelschap van een peuter en een kleuter. We plensden door de regen op weg naar de bibliotheek en wonden de bibliothecaresse zodanig rond onze vinger dat we nog tien minuutjes extra mochten zoeken naar een mooi voorleesboek. We dwaalden rond in de mooiste speelgoedwinkel en wisten onder vier kleine oogjes ongezien pakjes mee te smokkelen.
Maar er moesten ook veel snotneuzen geveegd worden, tranen gewist en verdrietjes getroost. Er waren veel pamperwissels onder oorverdovend protest, natte hoeslakens door 'oeps' en speelgoedtornades die in een oogwenk de woonkamer overspoelden. En er zijn die nachten die nog steeds veel te kort lijken.
Zodoende beweeg ik me trager door deze zondagmorgen dan normaal, tot ik struikel over het cadeautje dat Lief voor me meebracht. Een stukje Boekenbeurs in huize Kruimel. En ik overweeg met hart en ziel om me te verstoppen tussen pagina 1 en 389.
vrijdag 30 oktober 2009
Ziek x3
Vuurrode keel #1 ligt boven. Na niet willen eten, niet willen drinken, wou ze gelukkig wel slapen.
Vurrrode keel #2 ligt eindelijk ook in zijn bed. Na niet willen slapen, niet willen slapen in mama's bed, uiteindelijk overhaald om zijn eigen dekens over zijn oren te trekken.
Oh-wat-ben-ik-moe-van-de-afgelopen-nacht #1 hangt in de zetel. Het is niet de moeite om in slaap te vallen, een blik op oneindig doet ook deugd.
Vuurrode keel #1 ligt boven. Na niet willen eten, niet willen drinken, wou ze gelukkig wel slapen.
Vurrrode keel #2 ligt eindelijk ook in zijn bed. Na niet willen slapen, niet willen slapen in mama's bed, uiteindelijk overhaald om zijn eigen dekens over zijn oren te trekken.
Oh-wat-ben-ik-moe-van-de-afgelopen-nacht #1 hangt in de zetel. Het is niet de moeite om in slaap te vallen, een blik op oneindig doet ook deugd.
maandag 19 oktober 2009
Nacht-terrorist
Zij slaapt 46 trappen hoger en zelfs zonder babyfoon is ze te horen. Ik loop voor de zevende maal die avond naar boven. Boos, rood en woest maaiend schreeuwt ze de avond in stukken, maar mijn trukendoos is leeg.
‘Ik weet het niet meer, meisje en jij kan het nog niet zeggen. Maar ik heb een voorstel.’
Voorzichtig vis ik een brullend lijfje uit het bedje. Samen nestelen we ons in de zetel die zich ondertussen naadloos naar mijn lijf vormt.
‘Wat denk je van wiegen?’Het feit dat ze stil is vat ik op als instemming. Dus we wiegen, wiegen, wiegen.
Ze is moe. Ze is op en bij mijn hart komt ze tot rust.
Ik ben moe. Ik ben op. Ik ben op het einde. Ik laad me op aan haar rustige ademhaling. Want het wordt een lange nacht.
Zij slaapt 46 trappen hoger en zelfs zonder babyfoon is ze te horen. Ik loop voor de zevende maal die avond naar boven. Boos, rood en woest maaiend schreeuwt ze de avond in stukken, maar mijn trukendoos is leeg.
‘Ik weet het niet meer, meisje en jij kan het nog niet zeggen. Maar ik heb een voorstel.’
Voorzichtig vis ik een brullend lijfje uit het bedje. Samen nestelen we ons in de zetel die zich ondertussen naadloos naar mijn lijf vormt.
‘Wat denk je van wiegen?’Het feit dat ze stil is vat ik op als instemming. Dus we wiegen, wiegen, wiegen.
Ze is moe. Ze is op en bij mijn hart komt ze tot rust.
Ik ben moe. Ik ben op. Ik ben op het einde. Ik laad me op aan haar rustige ademhaling. Want het wordt een lange nacht.
zaterdag 15 augustus 2009
Wakker worden
Het was niet vroeg, maar het was laat. Het niet zo vroeg, deze morgen voelde aan als halverwege de nacht.
En dan betrap je jezelf - na een gehuilde 'mama, mama' met in canon een woest 'ik heb honger'-protest die je vrij effectief vanonder het dekbed jaagden - met je neus boven een net geopend pak koffie.
Voor vijf volle minuten.
Het was niet vroeg, maar het was laat. Het niet zo vroeg, deze morgen voelde aan als halverwege de nacht.
En dan betrap je jezelf - na een gehuilde 'mama, mama' met in canon een woest 'ik heb honger'-protest die je vrij effectief vanonder het dekbed jaagden - met je neus boven een net geopend pak koffie.
Voor vijf volle minuten.
woensdag 7 januari 2009
Superkrachten
Ze gromt, knort en mort. Ik verstrak onder mijn deken want ik weet wat er komt. Eerst wat boos gehik dat al snel overgaat in enkele zachte uithalen en als ik niet snel genoeg ben gaat de sluis helemaal open en moet de geluidsbarrière van drie uur 's nachts eraan geloven.
Ik wieg, ik sus, ik troost. En ik gis. Ik gis bijzonder veel: boertje? nog honger? vuile luier? huidhonger? gewoon wakker en zin om te spelen?
Samen wiegelwandelen we van bed naar kast, van kast naar bed, van bed naar kast, van kast naar bed, ... en ik tuur ingespannen naar haar ogen die zichtbaar zwaarder en zwaarder worden maar nooit niet zwaar genoeg. Mijn voeten zijn twee ijsklompen, mijn vingers tintelen en het topje van mijn neus voelt bizar levenloos aan.
Als ik een superkracht kon kiezen? Het talent om overprikkelde babies in het midden van de nacht met één vingerknip in slaap te sussen.
Ze gromt, knort en mort. Ik verstrak onder mijn deken want ik weet wat er komt. Eerst wat boos gehik dat al snel overgaat in enkele zachte uithalen en als ik niet snel genoeg ben gaat de sluis helemaal open en moet de geluidsbarrière van drie uur 's nachts eraan geloven.
Ik wieg, ik sus, ik troost. En ik gis. Ik gis bijzonder veel: boertje? nog honger? vuile luier? huidhonger? gewoon wakker en zin om te spelen?
Samen wiegelwandelen we van bed naar kast, van kast naar bed, van bed naar kast, van kast naar bed, ... en ik tuur ingespannen naar haar ogen die zichtbaar zwaarder en zwaarder worden maar nooit niet zwaar genoeg. Mijn voeten zijn twee ijsklompen, mijn vingers tintelen en het topje van mijn neus voelt bizar levenloos aan.
Als ik een superkracht kon kiezen? Het talent om overprikkelde babies in het midden van de nacht met één vingerknip in slaap te sussen.
dinsdag 30 december 2008
Nostalgie
'Uren heb ik 's nachts met mijn dochter rondgelopen', vertrouwt de mij tot op dat moment onbekende man mij toe als hij me op een Kerstfeest ziet lopen met KleineMeid in de doek geknoopt. 'Nu is ze vijftien en kan ze wel zonder mij.'
In zijn ogen blinkt nostalgie. En ik weet dat hij denkt aan een slapend babygezichtje. Aan een halfgesloten knuistje dat in slowmotion de matras raakt. Aan het gerustellende geluid van babygesnurk.
Ik wil hem vertellen dat ik daar ook van geniet. Vooral omdat er zeer regelmatig enkele uren van 'spoken' aan vooraf gaat. Om maar te zwijgen van bevroren voeten, kleine oogjes en halve hartstilstanden bij het geringste piepje dat uit de wieg weerklinkt na een anderhalf uur rondjes ijsberen. Maar ik zwijg en ik hoop dat ik ooit ook zo nostalgisch zal terugkijken op de gebroken nachten. Meer nog, ik hoop dat ik dat heel erg snel mag doen.
'Uren heb ik 's nachts met mijn dochter rondgelopen', vertrouwt de mij tot op dat moment onbekende man mij toe als hij me op een Kerstfeest ziet lopen met KleineMeid in de doek geknoopt. 'Nu is ze vijftien en kan ze wel zonder mij.'
In zijn ogen blinkt nostalgie. En ik weet dat hij denkt aan een slapend babygezichtje. Aan een halfgesloten knuistje dat in slowmotion de matras raakt. Aan het gerustellende geluid van babygesnurk.
Ik wil hem vertellen dat ik daar ook van geniet. Vooral omdat er zeer regelmatig enkele uren van 'spoken' aan vooraf gaat. Om maar te zwijgen van bevroren voeten, kleine oogjes en halve hartstilstanden bij het geringste piepje dat uit de wieg weerklinkt na een anderhalf uur rondjes ijsberen. Maar ik zwijg en ik hoop dat ik ooit ook zo nostalgisch zal terugkijken op de gebroken nachten. Meer nog, ik hoop dat ik dat heel erg snel mag doen.
donderdag 16 oktober 2008
Slapeloos
Ik hoest tot er gele lichtjes opflikkeren achter mijn oogleden. Ik draai en zoek naar een houding die voor langer dan drie minuten comfortabel voelt. Mijn op het ene moment onmisbare slangenkussen stamp ik een kwartier later driftig uit bed en ik worstel nog maar eens om op mijn andere zij te gaan liggen.
Hij zou zijn kussen willen nemen en op de bank verder slapen, weet ik. Maar hij kent me goed genoeg. Dus kruipt hij tegen me aan. Maant met zijn hand op mijn buik Puk tot wat minder waterballet aan en valt weer in slaap.
Als de golven van de zee blijf ik door het bed deinen. Rol ik tegen hem aan en wroet mezelf terug tot mijn randje van het bed. Hij verdraagt het – al snurkend.
Ik hoest tot er gele lichtjes opflikkeren achter mijn oogleden. Ik draai en zoek naar een houding die voor langer dan drie minuten comfortabel voelt. Mijn op het ene moment onmisbare slangenkussen stamp ik een kwartier later driftig uit bed en ik worstel nog maar eens om op mijn andere zij te gaan liggen.
Hij zou zijn kussen willen nemen en op de bank verder slapen, weet ik. Maar hij kent me goed genoeg. Dus kruipt hij tegen me aan. Maant met zijn hand op mijn buik Puk tot wat minder waterballet aan en valt weer in slaap.
Als de golven van de zee blijf ik door het bed deinen. Rol ik tegen hem aan en wroet mezelf terug tot mijn randje van het bed. Hij verdraagt het – al snurkend.
dinsdag 7 oktober 2008
Leg je erbij neer, Kruimel
Of het nu door een snipverkouden KleineMan, snurkende Lief of zelfs-in-nacht-de-rumba-dansende Puk is. Of het nu door een buik is die bijna te groot is om nog comfortabel te slapen of een Puk die denkt dat een blaas een knijpspeeltje is en een maag een trampoline.
Eén ding staat vast: de laatste ononderbroken nacht van 2008 zit er met bijna volstrekte zekerheid al op.
Of het nu door een snipverkouden KleineMan, snurkende Lief of zelfs-in-nacht-de-rumba-dansende Puk is. Of het nu door een buik is die bijna te groot is om nog comfortabel te slapen of een Puk die denkt dat een blaas een knijpspeeltje is en een maag een trampoline.
Eén ding staat vast: de laatste ononderbroken nacht van 2008 zit er met bijna volstrekte zekerheid al op.
Abonneren op:
Posts (Atom)